Reisverslag USA 2010
Zondag 25 april 2010
Om kwart voor tien kwam Jos ons vanmorgen ophalen om ons
naar Schiphol te brengen. Nog scherper op tijd dan een zwitsers uurwerk, kwam mijn
broer aanrijden en dus keurig op tijd onderweg naar Schiphol. Daar aangekomen
konden we direct inchecken via de machines en hoefden we alleen nog maar onze
koffers te droppen. Het zat ons vandaag erg mee, want de beide vluchten waren
keurig op tijd en ook in de lucht was het goed vertoeven. Uitzondering was,
zoals gewoonlijk, het voedsel op de vluchten. Ik kon het bijna niet door mijn
strot krijgen, naar Mir heeft altijd honger in vliegtuigen dus die begon als
een hongerige wolf alles, maar dan ook alles op te eten wat op het dienblad
lag. Op het moment dat ze net aan het servet wilde gaan beginnen met mes en
vork, heb ik ingegrepen en haar verteld dat het eten echt op was. Bij de
volgende korte vlucht hetzelfde verhaal; vreten dat kreng, niet normaal!
Het eten was mij wel vergaan in het vliegtuig, omdat ik zo
klem zat tussen de leuningen van de stoel en de stoel voor mij, dat ik
inmiddels weet hoe een tonijn in een blik zich moet voelen…Tjesus wat weinig
beenruimte hadden we zeg! Het viel mij al mee dat ik niet extra moest betalen
voor 2 stoelen, waar in de media veel om te doen is.
Bij aankomst in Denver (Colorado) om 18.00 uur, konden we
direct op de shuttlebus van het hotel La Quanta Inn pakken en zodoende waren we
om 19.00 uur in de hotelkamer. Nette, ruime kamer, met 2 aparte bedden met
nachtkastje ertussen. Wij vonden dit nog een mooie laatste gelegenheid om apart
te slapen van elkaar in een ruim bed, aangezien het camperbed een afmeting kent
van 1,40 x 1,90. Arme Mirreke!
Na aankomst in het hotel hebben we ons even lekker verfrist
en zijn we meteen naar een restaurant naast het hotel gegaan om daar te eten cq
aan te sterken. Ruby Tuesday was de naam van het keten-restaurant en het was
simpel, maar lekker eten. Ook de eerste Budweisers naar binnen gewerkt. Ook Mir
dronk als een grote kerel mee, dus daarna heerlijk gaan slapen als een roosje
om 20.30 plaatselijke tijd. Dat is in Nederlandse tijd om 03.30 uur
maandagmorgen.
Maandag 26 april 2010
Miles-stand bij aanvang: 63.346
Miles-stand bij aankomst camping: 63.600
Totaal: 254 (kilometertotaal: 406 km.)
Vanmorgen om 05.30 werden we wakker en is Miriam in bad
gegaan en ik dus het verslag maken van gisteren. Straks gaan we ontbijten en
gaan we richting de camperverhuurder om de camper op te pikken. Dit kan pas om
13.00 uur, dus we kunnen heeeeeel rustig doen vanmorgen.
Na het ontbijt hebben we besloten om de gok te wagen en
direct naar de camperverhuurder te gaan.
Het risico zou zijn dat we tot 13.00 uur moeten wachten
voordat we officieel de camper mee mogen krijgen. Anders zouden we de hele
ochtend in het hotel moeten blijven en uitchecken om 11.00 uur en dan nog eens
2 uur op een bankje te gaan zitten. Daarom ook maar even gekeken op Google Maps
waar de camperverhuurder zit en toen we zagen dat er rondom voldoende tentjes
zaten om lekker te zitten, hebben we de taxi gebeld en zijn we op pad gegaan.
Om 9 uur was de taxichauffeur bij het hotel en konden we
een prijs afstemmen om ons weg te brengen naar het betreffende adres. De
taxichauffeur was erg vriendelijk en omzeilde een enorme file en bracht ons via
een alternatieve route naar de verhuurder. Daar kwamen we om 09.30 uur aan en
beiden met onze onschuldigste blik en vriendelijkste lach liepen we naar de
balie en zeiden vanuit ons zelf: “Sorry, we zijn veel te vroeg, maar stoor je
niet aan ons, we willen alleen nu even onze bagage hier achter laten en
vervolgens wandelen we hier in de buurt totdat we onze camper mee kunnen
krijgen. Maar doe vooral rustig aan!”
Wel: op het moment dat ze mij zagen en het woord wandelen
hoorden, wisten ze dat we gewoon direct de camper mee wilde hebben. Door onze
vriendelijkheid en onze gulle lach, kregen we direct de camper mee.
Zodoende waren we om 10.15 uur al onderweg met onze C-25
camper, Ford motor, 350 PK en bouwjaar 2009.
Eerst onderweg naar Wal-Mart om daar de boodschappen te
doen om zelfstandig door het camper-leven te kunnen de komende weken. De eerste
boodschappen doen altijd financieel pijn, omdat je echt alles zelf moet kopen
vanaf het begin. Dus vanaf schoonmaakspullen tot etenswaren en speciaal
toiletpapier tot en met de wijn- en bierkelder. Met andere woorden: na 2 uur
als een (braad)kip zonder kop door de hele Wal-Mart te hebben gelopen (+/- 5
mijl!) en $ 300,00 lichter, hadden we de boodschappen in huis. Miriam was
helemaal blij toen ze de drank moest afrekenen; ze vroegen naar haar ID omdat
je in de VS ouder moet zijn dan 21 jaar om drank te kopen. Dus haar vakantie
kan niet meer stuk. Die van mij ook niet trouwens, want de koelkast zit bom en
bomvol met lekkernijen. Ook is onze wijnkelder goed gevuld in het laadruim
onder de camper.
Nu dus om 12.30 uur konden we echt op pad en reden we Denver uit richting de
Rocky Mountains.
Na even weer te moeten wennen aan de lengte van de camper
en het rijden in een drukke stad, vonden we eindelijk de goede weg en reden we
via Interstate 70 richting Grand Junction en zijn we bij afrit 37 Clifton
richting onze eerste camping gereden.
Onderweg bij de eerste 50 mile reden we door het inmiddels
bij ons bekende Rocky Mountains gebergten en was het eigenlijk weer de draad
oppakken na ons avontuur in 2006. Woeste en ruige bergen met in de toppen
sneeuw, afwisselend met bergen met naaldbomen en rode rotsformaties. Na
ongeveer een uur rijden reden we echt een sneeuwlandschap in met skiliften en
skieers op de achtergrond. Het weer werd steeds slechter en slechter en zelfs
sneeuwbuien viel ons ten deel.
Maar na weer een halfuur rijden veranderde het totale
landschap alsmede ook het weer. De bergen werden groener en groener en de loofbomen
waren inmiddels ook uit de winterslaap gekomen. De zon begon te schijnen en het
werd warmer en warmer. Prachtige vergezichten met allerlei grote bergen
passeerden ons, met daartussen door de Colorado River lopend met vliegvissende
vissers in lieslaarzen. Kleine meertjes met
turkoize….turkooize…..turkwaze…..heel mooi blauw water.
We reden door de Glenwood Canyon en genoten van de natuur
en de muren van grove rotsformaties.
Het was prachtig allemaal.
Voordat we de camper op gingen halen hadden we de hoop om
ook vanavond echt in Grand Junction te staan. Ruim 400 kilometer door bergen
was misschien iets te ambitieus, maar doordat we vroeger de camper kregen is
het ons gelukt om daar te staan waar we eigenlijk wilden zijn. Een echt
voorspoedige dag dus.
Nadat we voor het eerst de camper weer hadden
ingecheckt op de camping moesten we
kwartier maken. Alsof het gisteren was dat we voor het laatst met de camper
waren weggeweest, pikten we onze routine weer op als vanouds. Miriam pakte de
koffers uit in de kastjes en maakte alles nog eens goed schoon van binnen om
ons “eigen” luchtje in ons huisje te krijgen. Daarna maakte ze het bed op en
begon lekker te koken (we eten pasta met verse groenten en eigen saus).
En ik? Ik zat op mijn buitenstoeltje lekker een biertje te
drinken….neee hoor!! Ook ik heb mijn taken: mijn verantwoordelijkheid is het
rijden met de camper en alles wat daarmee te maken heeft en het aansluiten van
alle kabels en slangen buiten. We staan meestal op een full-hook up plaats en
dit betekent dat ik een slang moet aansluiten op het riool vanuit de camper, de
elektra moet aansluiten en ook de watervoorziening op een kraan en de
aansluiting op de camper. Moet je allemaal niet onderschatten hoor die
verantwoordelijkheden.
En nu dus het verslag geschreven, terwijl Mirreke de
laatste hand aan het eten legt. Daarna samen de afwas en lekker voor het eerst
manden in ons bedje in de camper. Jullie horen het morgen hoe het is geweest.
Dinsdag 27 april 2010
Miles-stand bij aanvang: 63.600
Miles-stand bij aankomst camping: 63.750
Totaal: 150 (kilometertotaal: 240 km.)
Vanmorgen weer heel vroeg wakker geworden. Doordat we ’s
avonds bekaf om half 10 in bed liggen, zijn we ook weer vroeg wakker. Maar goed;
dan heb je wat aan de dag. Na het wakker worden eerst een lekker ontbijtje
gemaakt en toen lekker gaan douchen in de sanitairgebouwen van de camping.
Prima voor elkaar en een stevige en warme straal. Dat is een goed begin van de
dag!
Om 8.30 uur reden we weg van de camping en zetten we koers
richting Grand Junction. Na enige oponthoud ivm wegomleiding eindelijk op de
goede weg; de I70 West richting Grand Junction. Het eerste natuurschoon was
gepland op de Rim Rock Drive, een 23 miles route langs de verschillende bergen.
Wat een prachtige rit zou dit worden! Nadat we het begin van de route hadden
gevonden, moesten we meteen via een wegomleiding een andere kant op. De weg was
afgezet en de omleiding zou ons “ergens” naar toe brengen, maar volgens ons
niet de goede weg. Daarom uiteindelijk van de omleiding afgegaan en op ons
eigen gevoel richting de Rim Rock Drive rijden en deze pas later in de route
oppikken. Dit lukte uiteindelijk en toen we aan die route begonnen, kon onze
dag niet meer stuk. Fantastische canyon’s met verschillende kleuren steenlagen,
losliggende rotsen in bepaalde vormen, waardoor het lijkt dat het kunstwerken
zijn. De wereld is een wonderlijk iets. De evolutie heeft echt heel bijzondere
vormen achtergelaten. Via redelijk smalle slingerweggetjes reden we na elke
bocht weer een nieuw uitzicht of andere wereld binnen. Rode rotsen met daarin
gele lagen waren te zien. En altijd de Colorado River in de buurt. Deze immense
rivier liet via stroming allerlei raftende mensen de dag van hun leven hebben.
Ergens halverwege hebben we op een parkeerplaats met een fantastisch uitzicht
onze campingstoeltjes buiten gezet en hebben we daar lekker wat gegeten en
genoten van de natuur. Miriam was helemaal in haar nopjes en hield niet op met
foto’s maken. Google Maps zal deze foto’s weer afnemen en opnemen in de
wereldmappen aangezien Miriam geen cm2 gemist heeft van de omgeving. Scheelt
Google weer een autootje met zo’n ernorme teletoeter op het dak. Eigenlijk kan
ik niets meer schrijven over onze dag onderweg, want ik heb het al gezegd; het
ging van de het ene natuurlijk wonder naar het volgende! Maar wij hebben echt
een werelddag gehad.
Aan het einde van de Rim Rock Drive zijn we richting Moab
gereden om daar in de middag aan te komen en een camping te zoeken. Na ongeveer
anderhalf uur rijden kwamen we in Moab aan. Een erg leuk plaatsje waar toerisme
de inkomstenbron is. Erg veel Adventure-achtige bedrijven en horeca en
winkeltjes aldaar. We hebben er even geluncht en daar beiden een enorme
hamburger gegeten. Toen richting camping Archview gegaan en daar voor 2 nachten
ons kamp opgeslagen volgens de eerder beschreven rituelen. En toen gebeurde het
onvoorziene; er kwam een man met een enorme hamer langs en die sloeg ons beiden
knock-out! We waren bekaf en konden onze ogen niet meer open houden. Even een
uiltje knappen riepen we tegen elkaar. Er volgde een enorme coma van ongeveer 3
uur en nu zitten we om 19.00 uur te overwegen of we nog eten gaan maken of
alleen een klein snackje. Ik weet 1 ding zeker: het word niet laat vanavond!
Morgen gaan we naar Canyonlands en Dead Horse Point State
Park. Weer een lange dag met veel indrukken. Je kan maar niet goed genoeg
uitgerust zijn….
Woensdag 28 april 2010
Miles-stand bij aanvang: 63.750
Miles-stand bij aankomst camping: 63.891
Totaal: 141 (kilometertotaal: 225,6 km.)
Na onze eerste hele goede nachtrust heerlijk wakker
geworden in onze camper. Gisteravond zijn we om 21.00 uur naar bed gegaan en
daarna direct in een diepe slaap gevallen. Hier waren we aan toe! Gisteravond
was het echt een strijd om tot zo laat op te blijven en werd de sfeer er niet
beter op. We waren op en zaten ons zelf in de weg.
Maar goed: vanmorgen voelt het prima en hebben we zin om
naar het geplande park heen te gaan, Canyonlands. Het is een park op ongeveer
35 kilometer van onze camping. Omstreeks om 8.30 uur reden we vanuit onze
camping richting het park. We hadden deze camping voor 2 nachten geboekt, maar
het kon ons niet bekoren aldaar. Later op de dag zouden we ook besluiten om
daar niet meer terug te komen. Maar daarover later meer.
We waren in ieder geval gewaarschuwd door de
campingeigenaars dat vandaag er een storm op komst zou zijn, met windsnelheden
van 100km per uur en dat in een woestijn met veel zand dus….Lekker
vooruitzicht!
Maar we lieten ons niet zo snel uit het veld slaan en
gingen dus met onze slaapkolos cq reclamezuil van 10 m2 op pad.
Ons doel was dus Canyonlands vandaag. Eerst zouden we naar
Arches National Park gaan, maar gezien de locatie van onze camping, was
Canyonlands meer voor de hand liggend. De tocht er naar toe was soms spannend
aangezien de wind al stevig was ’s morgens vroeg. Mijn stuur stond soms een
kwart slag naar rechts, terwijl ik rechtdoor ging. Heel apart, maar wel
spannend.
Bij binnenkomst van het Canyonlands NP kochten we meteen
een nationale parken pas, die voor een vast bedrag het hele jaar toegang geeft
tot alle nationale parken in de US. Aangezien wij ongeveer 10 parken gaan
bezoeken deze vakantie, kon het bedrag goed uit. Als goed Nederlander moet je
wel “zuunig” wezen he?
Na een paar kilometer begon de natuur zich van zijn mooiste
kant te laten zien. Enorme bergen met daartussen canyons zoals je die in
cowboys films ook wel ziet. Enorme grondmassa’s die in de afgelopen jaren
verschoven en opgeduwd zijn door moeder aarde. Fantastisch om te zien!
Canyonlands NP ligt in een streek in Utah die algemeen
wordt beschouwd als het middelpunt van het Colorado Plateau. Dit 1364 km2 grote
park vol scheve, gelaagde en uitgespleten rotsen kent een diversiteit aan
vergezichten die zijn weerga niet kent. Het park heeft 4 gebieden en wij zijn
naar het meest toegankelijke en noordelijke gedeelte van het park geweest:
Island in the Sky. Dit gebied ligt tussen de 2 rivieren voordat deze versmelten.
Weidse uitzichten met stenen koepels, steenbogen en ander geologische wonderen.
Fantastisch gewoon!!
Vroeger in het begin van de vorige eeuw was dit ook een
rijk uranium gebied waar vele mensen naar toe gingen om uranium te boeren. We
zagen vandaag nog de onverharde en heel smalle weggetjes waar de paardewagens
overheen moesten om bij de mijnen te komen. Heeeeele smalle weggetjes waar ik
nog niet overheen wil lopen. We hebben mooie foto’s van het gebied gemaakt
tijdens de verschillende wandelingen deze dag. Hoogtepunt van dit park vonden
wij Mesa Arch, een enorme boog van steen, met daarachter een ver uitzicht met
allerlei bergen en canyons. Tjonge wat voelden wij ons klein vandaag (zelfs
ik!) in de massa om ons heen.
Toen we vervolgens bij het bezoekerscentrum aankwamen, hoorden we dat er slecht weer op komst was later in de middag. Tevens hoorde we dat ook morgen er heeel slecht weer werd verwacht. Sneeuw en regen bij een temperatuur van 4 graden. Word kippenvel op mijn benen in mijn korte broek, denk ik…
Onverstelbaar, want vandaag was het 22 graden met een
strakke zon boven ons pannetje. Wel veel wind, dat dan weer wel….
Besluit genomen om vanmiddag door te rijden naar Arches
National Park, terwijl we dit eigenlijk morgen van plan waren. Echter; met zulk
slecht weer ziet zo’n park er ook niet uit en kun je dus niet de indrukken
krijgen die je wilt. Daarom maar direct doorgereden naar dit park, nadat we
eerst gezellig nog even hebben geluncht in de camper bij een picknick plaats in
Canyonlands.
De rit vanuit Canyonlands naar Arches neemt ongeveer een
klein uurtje in beslag en 40 km. Maar toen we daar aankwamen leek het wel of in
een totaal andere wereld aankwamen. Vanaf Canyons en redelijk groene omgeving
naar woestijn en massa’s rare stenen sculpturen en pilaren. Echt waanzinnig om
zo in een klein uurtje op mars te zijn aangekomen. Jullie moeten de foto’s maar
komen bekijken, anders zou je het niet geloven. Indrukwekkend!
Arches National Park, met zijn beroemde verzameling
zalmkleurige bogen, ribbels, pieken, spitsen en balancerende rotsen heeft ons
hart gestolen. Het is een klein park met uitsluitend rode rotsen en bergen,
maar vooral beroemd om zijn natuurlijke zandsteenbogen, waarvan we er vandaag
diversen hebben gezien.
Ook grote rotsmassieven met mooie namen waaraan je ze kunt
herkennen zijn de revue gepasseerd: Courthouse Towers, The Turret Arch, Park
Avenue en als hoogtepunt: Balanced Rock.
Je vraagt je af hoe al deze vormen zijn ontstaan, want als
je zou zeggen dat een beeldhouwer dit gemaakt zou hebben, zou je het geloven.
Maar door de miljoenen jaren heen hebben wind en regen de
zandstenen rotsen omgevormd in de vormen zoals deze nu zijn. Over misschien
1000 jaar zijn deze vormen weer anders. Maak ik niet meer mee, dus we genieten
van deze versie’s.
Aan het einde van
de middag zijn we met een voldaan gevoel richting Moab gereden om daar
een andere camping te zoeken dan de camping van gisteren. We zijn terecht
gekomen bij KOA Kampsite in MOAB. Een nette, mooie en gezellige camping met
heerlijke douches en ruime plekken met picknicktafel en BBQ op je eigen plaats.
Daar vanmiddag erg gezellig een borreltje gedronken en erg
gelachen met elkaar. Het was een geweldig mooie dag en we voelen ons eindelijk
weer als vanouds en zijn uit de jetleg.
Morgen staat door het slechte weer een rustige dag gepland
die alleen in het teken staat om te rijden naar het volgende park: Capitol
Reef. Ook onderweg nog wat boodschapjes doen om de koelkast weer te vullen.
Donderdag 29 april 2010
Miles-stand bij aanvang: 63.891
Miles-stand bij aankomst camping: 64.106
Totaal: 215 (kilometertotaal: 344 km.)
Vannacht is er om onze camper een aantal bomen omgezaagd,
en dat gedurende de hele nacht!! Met andere woorden: Miriam heeft heeeel goed
geslapen en ik niet. Tientallen keren wakker geweest en dan keek ik naast me en
zag iemand met een cirkelzaag tekeer gaan. Ik gun het haar van harte!
Na het opstaan allebei rustig aan gedaan en onze tijd
genomen om te ontbijten. Vervolgens om 9.00 uur gaan rijden richting Blanding
en vervolgens toen de scenic byway 95 gevolgd. Ons doel voor vandaag was
eigenlijk heel rustig aan te doen en een soort rustdag te houden na de eerste
zeer drukke en enerverende dagen. Een soort van A naar B gevoel en niets meer. Maar
we werden onderweg zeer verrast door de mooie en grillige natuur. Op de camping
vanochtend was het al erg koud en leek het een grijze dag te worden. ’s Nachts
had het gesneeuwd en de bergtoppen waren bijna volledig wit geworden.
Vervolgens kregen we een stukje waarbij het weer steeds beter werd, om
vervolgens weer een half uur later in de sneeuw te rijden en de wereld om ons
heen in de kleur wit te mogen aanschouwen. Maar: wel mooie natuur gezien. Aan
het einde van de ochtend reden we langs een voor ons nog onbekend national
park, waar we helemaal niet op gerekend hadden. En als Miriam aan bomen,
bloemen, bijen, dieren en ander natuurschoon denkt, dan betekent dat maar 1
ding: Daar gaan we heen!! Weg rustdag dus…
Maar eerlijk is eerlijk, het was een klein park, met maar 1
enkele 1-richtingsweg in een grote cirkel te rijden, maar het was absoluut de
moeite waard om het te zien. Het park heette het Natural Bridge National
Monument. Grote rotsen met natuurlijke bogen in diepe canyons waren er te zien.
Ja, die hadden we al gezien, maar toch! Het was wederom lekker rustig in het
park, dus we hadden alle tijd om om ons heen te kijken. Tussen de middag lekker
in het park weer geluncht in de camper en onze timing was perfect. Het begon
hard te sneeuwen en hagelen toen we gingen eten en de zon scheen toen we weer
naar buiten liepen om de laatste 2 bruggen te zien. Nadat we het park uitreden
zijn we verder gegaan met onze rit richting Capitol Reef, het park waar we
morgen heen gaan. Onderweg zijn we nog diverse malen gestopt om weer naar de
waanzinnig verschillende bergsoorten en canyons te kijken. Het gebied dat we
hiermee bedoelen heet Glen Canyon. Prachtig!! Je kunt je niet voorstellen dat
dit door de natuur gemaakt is. Het zou zo het decor kunnen zijn van Mars of Pluto.
Wederom mooie foto’s gemaakt en filmshots.
Uiteindelijke belandden we in Hanksville, Utah. Het laatste
dorp voordat we morgen weer de wilderness ingaan. Eerst nog even boodschappen
gedaan in dit kleine dorpje. De winkel had de omvang van een grote SRV-wagen en
het assortiment was klein te noemen. Toen doorgereden naar de camping, 500
meter verder. Naast de camping zat ook een Steakhouse, dus besloten we om
vanavond uit eten te gaan. Maar eerst de camper weer stallen en even met zijn
tweeen een biertje en wijntje gedronken.
De vermoeidheid blijft ons wel parten spelen. De dagen zijn
lang en de hoeveelheid indrukken niet meer te bevatten. Neem daarnaast nog het
rijden met de camper in een sterke wind en je bent blij als je weer aan het
einde van de dag op de plek bent. Uiteindelijk zijn we om half 7 uit eten
gegaan in de Steakhouse. Dit etentje zal in onze boeken gaan als het meest
slechte eten aller tijden en dat in de snelste tijd die ooit op culinair gebied
is gehaald bij restaurants wereldwijd. Niet alleen Amerika, maar echt
WERELDWIJD!!!
Het begon al bij de serveerster; zo mager, niet te geloven.
Dus het eten kan al niet lekker zijn! Dat was het eerste signaal die we beiden totaal
negeerden. Toen begon ze naar ons te lachen; geen tand meer in de mond. Het
tweede signaal dat we niet op waarde hadden geschat; wegwezen!! Maar nee, wij
bleven voet bij stuk houden om ons diner daar te nuttigen (STOM, STOM,
STOM!!!!). Dus bestelden wij gezellig een biertje en een wijntje. En nu komt
het: ze schonken geen alcohol!!! Alleen water of frisdrank!
Gezien het uiterlijk en de uitstraling van de serveerster
hadden we beiden geen zin in een voorafje en bestelden een hamburger en een
TOP-sirloin steak. Wat kan daar nu mis mee gaan, zou je denken.
Wel, toen ik vroeg of de sirloin lekker mals was,
antwoordde ze: it should be!
Achteraf zeiden Mir en ik tegen elkaar dat we toen beiden
dachten dat het niets meer kon worden hier.
Dat klopte! Ik kreeg een biefstuk, afkomstig uit de
schoenmakerij van Jos Hafkamp te Dronten, maat 44 dat dan weer wel. Mir kreeg
een platgeslagen hamburger met een saus erover met een onbestendige definitie,
maar het zou lijm kunnen wezen uit dezelfde genoemde schoenmakerij. Uit netheid
hebben we allebei een paar happen genomen, maar toen snel gemaakt dat we
wegkwamen. Onze joggingbroeken waren nog warm in de camper, nadat we die voor
het eten hadden omgeruild voor een spijkerbroek. Tijd etentje: 23 minuten.
Morgen weer een nieuwe dag….hopelijk kookt Mirreke weer!
Vrijdag 30 april 2010
Miles-stand bij aanvang: 64.106
Miles-stand bij aankomst camping: 64.270
Totaal: 163 (kilometertotaal: 260 km.)
Na het wakker
worden zoals gewoonlijk het vaste ritueel; eerst lekker ontbijten, kopje thee,
afwasje, douchen en ready to take off. Het douchen was vanmorgen echt
verschrikkelijk! In verband met ruimtegebrek in de douche van de camper (ik ben
namelijk in omtrek groter dan de douche en als ik dan daar wel ga douchen dan
moet ik na 20 seconden mijn buik inhouden zodat het water dan naar beneden kan
vallen. Doe ik er 30 seconden over, dan staat het water tot mijn lippen..) moet
ik altijd naar de camping douchegebouwen om daar te douchen en eventueel de
grote boodschap te doen. Beiden doen geen grote boodschap in de camper; dit
gezien mijn werk om de riolering elke keer weer aan te sluiten en te
verschonen.
Maar goed, terugkomend op mijn douche van vanmorgen kan ik
mededelen dat de douche net zo smerig was als het eten van gisteren in het
restaurant van de camping. Tegels van de muur, schimmel overal, kapotte
wasbakken, water dat lekt en ander ongemak. Wat zijn kerels toch varkens! Bij
de dames zag het er veel netter uit en daarom even overwogen om daar te
douchen. Maar gezien het preutse karakter van de amerikanen en de straffen die
staan op “peepen”, ben ik toch maar bij de mannen gaan douchen. Wel een lekkere
warme straal uit de douche, dat kan weer wel.
Na deze irritaties op de vroege ochtend met goede moed op
pad gegaan. Vandaag staat het National Park Capitol Reef op het programma. Op
basis van de eerdere dagen met veel rode rotsen en bergen, verwachtten wij
eigenlijk weer meer te zien dat daar op lijkt. Wel………dat klopt!
Maar toch was dit park weer anders. Allereerst reden via de
Scenic Byway 95 richting Capitol Reef. We kiezen toch liever voor de scenic
routes aangezien deze gewoon mooier zijn dan de snelle route. Onderweg naar
Capitol Reef hebben we erg veel kunnen zien van vooral de verschillende
uitzichten; van sneeuw, tot zon, van wit tot groen, van laaggroeiende planten
naar hoge bomen. Wat ons ook opvalt in deze regio is dat de dorpjes die we
onderweg tegen komen erg armoedig zijn. Vele oude en afgeleefde huizen met
diverse autowrakken op en rondom de oprit. Veel armoedige mensen die er slecht
verzorgd uitzien en in spijkerbroeken lopen van de tijd dat die dingen werden
uitgevonden (ook in dezelfde regio trouwens…).
Maar enige vorm van onveiligheid kennen we hier niet.
Iedereen is aardig en groet naar je. Ook als je in de winkels bent, ze vragen
altijd waar je vandaan komt en waar je naar toe gaat. Dan komen ze met allerlei
tips om te zien etc. Superaardig allemaal! Onze camper moet er vandaag wel aan
geloven. Klims en dalingen van 14% op niet al te brede weggetjes. Soms
spannend.
Maar uiteindelijk komen we na een erg mooie en afwisselende
route in het Park Capitol Reef. Allebei vonden we dit het mooiste park tot nu
toe. Ook Arches vonden we erg mooi, maar dit had meer afwisseling en
superfraaie rotsformaties, maar dan omringd met groen. En met groen moet je het
doen! Het geeft meer diepte en meer warmte vinden we. Warmte voor de rest
kunnen we alleen in onze camper vinden, want het is retekoud hier. Het is
overdag onder het vriespunt met een matige wind erover heen. Ook nog ander winden,
maar Miriam vindt dat ze die niet moet ophouden, anders krijgt ze buikpijn.
Allereerst rijden we in het park langs een origineel wild
west gehuchtje waar een schooltje, een paar huizen, een hoefsmederij en een
paar ouderwetse boerderijen stonden. Zag er erg back to basic uit allemaal.
Daarna begon de rit door het park. Het was een weg die
alleen heen en terug kon worden gereden. Geen zijwegen en doodlopend in het
park dus. Zelfde weg weer terug.
Dit park ligt in de Waterpocket Fold, een 160 km lange plooi
van het aardoppervlak die dwars het woestijnbekken voortrolt in lange
kleurrijke brekers van steen. Dit gebied staat bekend om zijn vele bergsoorten
(en daardoor kleurenpalet), de verscheidenheid aan diersoorten, de
oorspronkelijke Navajo indianen en de Mormonen die dit gebied als hun hemel
beschouwden en hier hun bestaan opbouwden.
We hebben ook rotstekeningen gezien van de indianen,
honderden jaren geleden getekend op de immense rotswanden. Eerlijkheidshalve
moet ik zeggen dat ik aan dit soort verhalen soms twijfel; tekeningen die
honderden jaren geleden werden gemaakt op rotswanden. De wind en de regen
vervormen enorme bergen in ander vormen, maar een tekening van een met
vuurwater benevelde oude indiaan die nog geen fatsoenlijke BIC pen had, die blijft
eeuwen zitten. Maar goed: we maken er foto’s en video’s van, dus het boeit.
Jammer dat dit park niet zo bekend staat bij de europeanen,
terwijl het tussen Bryce Canyon en Canyonlands ligt en dat met wegen ernaartoe
die op zich al de moeite waard zijn om er te rijden. Het klinkt afgezaagd, maar
vandaag hebben we toch weer een aantal keren de wauw-factor gehad.
Terwijl we met onze camper niet overal konden komen en dus
niet alles hebben kunnen zien. Dit doordat er speciale 4x4 tracks waren en dus
onverhard. Lange wandelingen zijn we ook niet de types voor en zeker niet met
deze kou. We moeten natuurlijk wel om Mir haar gesteldheid denken, dus ik vond
het jammer dat we niet konden wandelen… volgende keer beter.
Toen we het park verlieten besloten we om maar een aardige
ruk te maken richting Bryce Canyon, het volgende National Park waar we naar toe
willen. We kozen wederom voor een scenic route;
“The Scenic Byway 12, All American Road”, een kwalificatie
voor dit type wegen die door de amerikaanse toeristische bond is gegeven omdat
rijden over deze wegen al een bestemming op zich is. Hiervan was geen woord
gelogen. Wat een waanzinnig mooie weg is dit geworden zeg! De tranen liepen
over onze wangen (dit kwam door de wind) toen we de fraaiste vergezichten konden
zien. Werkelijk prachtig!!
Slingerende wegen met aan de kanten traditionele Old West
ranches, met weilanden met witte omheiningen en paarden of koeien erin lopend.
Cowboys met hoeden op paarden zie je er zo tussen rijden. Mooie groene bomen,
rode bergen en rotsen, bloemen en planten.
Vervolgens rijden we door het Dixie National Forest, wat
ons deed denken aan de canadese wouden. Met wit bedekt en enorme groene
naaldbomen en nog in winterstand verkerende loofbomen. Herten gezien en jammer
genoeg nog geen beren, maar ze zouden er zeker leven in dit Dixie Forest.
Ook nog even gesproken met 2 motorrijders, mijn helden! Met
deze temperatuur, minus 4 graden, ben je zeker geen mietje. Dat vond Miriam ook
niet, maar later bleek dat ze een van de beide motorrijders erg knap vond. En
ik maar denken; waarom praat ze toch zo lang met die gasten? En dat terwijl ze
mij heeft!!
Maar ook een fractie later weer sneeuw, witte toppen van de
bergen en grijs en grauw weer. Het wisselde vandaag constant tussen deze 2
werelden.
Het gebied, Colorado Plateau, staat ook bekend als het
meest schone lucht en heldere vergezichten. We konden op een helder moment meer
dan 80 mijl van ons af kijken, terwijl 8 mijl in het oosten van het land norm
is. Kun je je het voorstellen? Wij niet, maar we hebben het nu gezien en op
foto vastgelegd.
Onderweg wel allebei nog een paar angstige momenten
beleefd. We reden op een enorme hoogte door de bergen met onze loeiende en door
de wind zwalkende camper toen plots we over een klif moesten rijden, die net zo
breed was als de weg plus 1 meter aan beide zijkanten van de weg. Daarnaast was
direct de afgrond van, ik lieg het niet, ongeveer 1000 meter. Mijn bilnaten
waren enigszins aangespannen in de stoel om mijzelf flink te houden, maar het
was niet prettig. Zeker niet met de wind daarbij. Miriam was ook niet happy,
maar na een paar honderd meter hadden we het gehad en hebben we de camper even
aan de kant gezet om te kijken naar de dieptes.
De rest van de weg was prima te doen en nog steeds fraai om
te zien.
Omstreeks half 4 kwamen we bij de volgende camping aan, KOA
Canonville, die volgens ons steeds de netste en vriendelijkste campings zijn.
Kwartier gemaakt en vervolgens het vaste ritueel met een biertje, wijntje en
lekker eten. Mir maakt lasagne en ik weet zeker dat het lekkerder gaat worden
al het eten van gisteren.
En: ze ziet er zeker beter uit als de serveerster van
gisteren!
We maken even de revue op en komen tot de conclusie dat we
voor liggen op ons schema. Dus de lijst met data wanneer we waar zitten klopt
niet meer helemaal. Dat jullie het maar weten!
Zaterdag 1 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 64.270
Miles-stand bij aankomst camping: 64.327
Totaal: 57 (kilometertotaal: 91,2 km.)
In plaats van thee bij het ontbijt, hebben we vanmorgen
maar gekozen voor antivries. Het was berekoud vannacht. De leidingen waren nog
net niet bevroren, maar het scheelde niet veel. Ik deed gel in mijn haar
vanmorgen en de tube was ijs- en ijskoud. Maar de zon schijnt wel, dus dat
geeft goede moed voor onze volgende geplande natuurpark van vandaag. The famous: Bryce Canyon.
Het indrukwekkende Bryce Canyon National Park is een
geologische droomwereld van kleurrijke, surrealistische rotspieken, natuurlijke
bruggen en bogen, hachelijk balancerende steenklompen en panoramische
rotsvensters, uitgesneden in zachte kalksteenrotsen van het Paunsaugunt
Plateau. Deze tekst nodigde ons wel uit om dit park te gaan bezoeken.
Nadat we onze spullen hadden ingepakt en onze camper weer
de sporen hadden gegeven, gingen we verder op de scenic byway 12. Het hoefde
maar een klein stukje van 10 mijl, dus we hadden alle tijd. Om 9 uur waren we
bij de entree van het Bryce Canyon Park. Iets daarvoor zit Bryce Canyon City,
waar nog een paar winkels, tankstations en restaurants zitten. Erg toeristisch
allemaal, maar logisch gezien de trekpleister die Bryce Canyon is. Mir en ik
hadden besloten om de doorgaande weg door het park helemaal uit te rijden en
dus van het eind terug te gaan werken naar het begin van de route in het park.
Alle mensen beginnen vooraan, dus hebben wij meer rust om ons heen. Prima plan,
dachten wij! 2000 andere mensen ook! Dus alleen bij het eerste stopplaats, die
eigenlijk de laatste is (snapt u het nog…?) was het nog enigszins rustig,
daarna was het gewoon druk. Maar wel erg gezellig. Iedereen praat met elkaar en
Miriam bood een paar keer aan een stelletje aan om een foto van hun samen te
maken. Werd erg gewaardeerd, dus een praatje geboren. Veel japanners ook, maar
daarvan weet je; zo ineens zijn ze er met zijn 50en en zo zijn ze weer weg na
een paar kodakmomenten.
Het voordeel dat we achterin het park begonnen, was dat er
een opbouw was in de schoonheid. De eerste 2 stopplaatsen (wat eigenlijk de
laatste 2 waren…..flauw he?) begon je een beetje van de rotssoorten waar Bryce
beroemd mee is geworden te zien, maar voor de rest niet echt veel bijzonders,
tenminste niet in verhouding wat later kwam. Onze conclusie was dat totdat we
bij de laatste 2 stopplaatsen (wat eigenlijk de eerste zijn!) kwamen, dat we
Capitol Reef nog steeds het mooiste park vonden dat we tot nu toe hadden
gezien. Maar ja….toen kwamen dus die laatste 2 stopplaatsen Bryce Point en
Sunset Point. Echt prachtig en indrukwekkend. Wat vond ik het bijzonder dat wij
er als 2 polderkinderen uut Flevoland stonden. Met nadruk op kinderen, want zo
voelde ik mij ook. Opgewonden en drukkig. Vanaf Bryce Point kon je helemaal
over de canyon kijken met duizenden stenen pilaren met een zalmkleurige
steensoort die bruinig werden als de zon even verdween achter de wolken.
Door de schone lucht kon je tientallen mijlen over de
canyon kijken en zag je de White Cliffs en heel in de verte de Smokey Mountains
(andere Smokey Mountains dan de Great Smokey Mountains in Tennessee).
Echt ongelofelijk dat dit bestaat allemaal. Het landschap
is zo ongewoon en zo grillig. Prachtig!
Toen we daar waren en foto’s aan het maken waren, liep er
een heel klein eekhoorn-soortig diertje over het looppad en Mir wilde dit
diertje fotograferen. Het beest je ging er helemaal voor zitten en als een
echte Doutze Kroes werkte ze de fotoshoot af. Daarna wilde ze Mir bedanken en
sprong op haar schoot en op haar schouder. Vervolgens sprong ze er weer af en
spurtte weg tussen de spelonken van de canyon. Een waanzinnig mooi schouwspel
met een hoop toeschouwers die moesten lachen hierom.
Daarna zijn we naar Sunset Point gegaan waar we ook nog
vergezichten konden zien. Ook kon je daar naar beneden lopen via een trail en
hieraan zijn we ook begonnen.
Met nadruk begonnen, want na een paar honderd meter te zijn
afgedwaald langs een heel smal zandpaadje met direct daarnaast de afgrond,
kreeg Miriam “kriebelbenen” zoals ze dat altijd noemt als ze het spannend vindt
en een beetje bang wordt. Ik had gewoon lucht tekort om verder te gaan en dan
vooral terug te gaan de berg op. Het paadje was nogal stijl en de lucht was ijl
en dan ga ik voor de….bijl. Door de enorme hoogte van ongeveer 2700- 3000 meter
kun je moeilijk ademen, ook Miriam, en voel je je lichaam heel zwaar voelen. Nu
doe ik dat al jaren, maar toch, dit was wezenlijk anders. Beiden kozen er
daarom voor om niet verder af te dalen in de canyon en terug te gaan naar
boven. Daar aangekomen zeiden we ook tegen elkaar, hijgend als Briezend Hert
(oude Apache indiaan uit Lucky Luke!): “goed dat we niet verder zijn gegaan”.
Als koddige dikkerd is het altijd prettig dat iemand zo fit
als een hoentje ook tot deze conclusie komt. Daarna nog een paar leuke gesprekken
gehad met een vader en zoon uit Connecticut, die met elkaar een vader-zoon trip
hadden. Zijn zoon woonde in San Fransisco en deed een aanbeveling voor een goed
restaurant in S.F.
Range is de naam van het restaurant en daar gaan we dan ook
onze vakantie afsluiten hebben we besloten.
Na de middag verlieten we weer het park en reden we weer
richting Bryce Canyon City. Neil en Yvonne hadden ons aangeraden om te gaan
staan bij RV Park Rubi Inn waar zij jaren geleden hebben gestaan. Wel; het zag
er allemaal prima uit en daarom maar meteen een plekkie geboekt voor vanavond.
Je kunt merken dat we nu in toeristisch gebied zijn; deze camping kostte $
50,00 per nacht met full hook-up (dit betekent dat je water, afvoer en riool en
elektra op de plaats zitten en je dus geen vuil water in je tanks mee hoeft
zeulen, maar dat alles direct in het riool verdwijnt). Tot nu toe waren we
ongeveer $ 30,00 a 35,00 kwijt.
Lekker gelucht in Ruby Inn, waarbij de erg leuke gastvrouw
erg moest lachen om Miriam. Bij het binnenkomen van restaurants in Amerika moet
je wachten tot de ober je naar de plaats begeleidt. Ik zat in gedachten en liep
langs een enorm bord in het midden van het gangpad direct naar een beschikbare
plek. Vervolgens roept Miriam hard tegen mij: heeey, cant you read? De
serveerster moest zo lachen omdat het er zo leuk uitkwam en ze wist dat we
buitenlanders waren en Mir in het engels tegen me liep te mopperen. Aan het
Nederlandse mopperen ben ik inmiddels al gewend, maar het engels komt er bij
Mir ook heel duidelijk uit hoor!
Daarna snel, zoals gewoonlijk in amerika, een hamburgertje
gegeten en toen terug naar de camper gegaan.
De rest van de middag hadden we niets meer op de planning
staan, dus stelde ik voor om te gaan mediteren in de camper, iets wat ik graag
doe. Miriam zei dat ze ook ging mee-mediteren omdat ik zo braaf zonder te
mopperen alle 23 natuurparken mee in ga (vind ik ook leuk hoor!).
Allebei direct in slaap gevallen en aan het einde van de
middag nog even lekker zitten lezen en weblog geschreven. We gaan zo in de
camper eten en maken allerlei restjes op wat nog in de koelkast ligt. Een
geïmproviseerde maaltijd dus. Meestal ook lekker!
Zondag 2 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 64.327
Miles-stand bij aankomst camping: 64.411
Totaal: 84 (kilometertotaal: 134,4 km.)
Vandaag een kort reisverslag aangezien we geen plannen
hebben voor vandaag. We liggen voor op schema en nu verder gaan naar het
volgende park heeft geen zin, aangezien we vannacht een enorm pak sneeuw hebben
gekregen. Ook waren al onze leidingen van de camper bevroren. Ook de afsluiters
van de rioleringen waren vastgevroren, dus met enig vertraging zijn we onderweg
gegaan. Gezien het weer leek het ons verstandig om niet door te rijden naar
Zion Park, maar boodschappen te gaan doen. Onze voorraden zijn inmiddels
nagenoeg op en we moeten dus proviand innemen. In de dorpjes om ons heen zitten
kleine winkeltjes met weinig assortiment, dus hadden we besloten om naar Cedar
City te rijden. Een kleine stad, maar wel met een Wal Mart en andere grote
supermarkten. De enige weg die richting Cedar City gaat is de Scenic Byway 14,
wederom een mooie weg, maar gezien de weercondities wel een mogelijk risico.
Helemaal omrijden via andere wegen is geen optie voor ons, want het lijkt wel
mee te vallen met de wegcondities op het eerste stuk. Daarom besloten we maar
om de gok te wagen en de 14 te gaan nemen. Bij de afslag naar de 14 stonden
allemaal borden met waarschuwingen voor trucks, maar om onze camper nu te
beschouwen als truck was ook wel wat overdreven. Toen echt besloten; we gaan
het gewoon proberen en anders keren we om.
Wel; het waren de meest angstige 40 mijlen in mijn leven,
want na ongeveer 3 mijl begon de weg al helemaal vol te staan met behoorlijk
veel sneeuw. Aangezien we omhoog de berg op moesten naar een hoogte van 2500
meter, was het nog niet zo’n probleem. Het naar beneden rijden zou mogelijk wel
het probleem worden. Op het moment dat het weer zwaar begon te sneeuwen en we
echt over gladde wegen en sneeuwlagen reden,
wilden we eigenlijk weer terug naar het begin, maar we konden nergens
keren. En toen werd de rit echt onplezierig. We moesten dus door en het weer
werd slechter en slechter. Het meest frustrerende was nog dat we voor een
sneeuwruimer reden en nergens konden stoppen om hem voor te laten gaan. Erg
frustrerend dus dat wij door de gladheid en smurrie moesten, terwijl er 1 auto
achter ons een sneeuwruimer reed. Na ongeveer 10 mijl kwam er eindelijk een
parkeerhaventje waar we stopten om de sneeuwruimer voor te laten gaan. Maar de
beste man stopte achter ons en keerde om. Met verbazing keken we hier naar en
toen we voor ons keken zagen we het bord “Einde Kane County”, wat betekende dat
hij tot zijn gemeentegrenzen opruimde en geen meter verder. Het gevolg was dat
omkeren geen optie meer was, want we zaten ongeveer op de helft van de
bergroute, dus toen maar op goed geluk verder gegaan. Het was verschrikkelijk!
Vooral met de afdalingen waren we bang om te gaan glijden. Geen prettig idee
met aan de zijkant een afgrond van een paar honderd meter. Op een bepaald
moment zagen we door de sneeuwstorm geen hand meer voor ogen, maar zaten we wel
in een bochtige afdaling. Mijn bilspieren waren zo gespannen, dat je er
walnoten tussen kon kraken.
Maar goed, na wederom een angstig half uurtje rijden, werd
het weer iets beter en dus ook de wegen. Uiteindelijk kwamen we in Cedar City
aan en zijn daar onze boodschapjes gaan doen. Wederom onverstelbaar hoe aardig
de amerikanen zijn. Iedereen praat met je en vraagt of alles ok is.
Tot slot zijn we wederom op een KOA camping beland in Cedar
City en wederom een erg nette camping. ’s Middags nog een paar fikse hagelbuien
gehad, maar het weer knapte beetje bij beetje op. We zijn de kou en sneeuw nu
wel zat moet ik zeggen. Morgen schijnt het beter weer te worden met een graadje
of 20, dus dat begint te lijken op BBQ weer. Als het morgen echter weer slecht
weer is, slaan we Zion NP over (jammer genoeg) en rijden we door naar de zon
bij Page, het zuiden van Lake Powell. Daar is het 25 graden.
Nu lekker in de camper ons avondmaal nuttigen; verse
spinazie met kipfilet, plakjes tomaat en blauwe kaas. Aangevuld met
knoflookbrood, vers uit de oven. Jaaaa….daar staan jullie van te kijken he?
Tot morgen!!
Maandag 3 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 64.411
Miles-stand bij aankomst camping: 64.516
Totaal: 105 (kilometertotaal: 168 km.)
Vanmorgen werden we wakker op de KAO camping in Cedar City,
na een heerlijke nacht slaap. Het was wederom erg koud in de camper, maar in de
vroege ochtend hoorden we allerlei vogels fluiten, tjilpen voor de
kenners, en dat duidt meestal op mooi
weer. Bij het opengooien van de camperdeur kwamen de zonnestralen direct in
huis vallen. Wat een welkom gevoel was dat zeg!
Het was nog wel te koud om buiten te ontbijten, maar dat
kan niet lang meer duren dat het wel kan. De komende dagen worden de
temperaturen alleen maar hoger en hoger.
Na het ontbijt de camper losgekoppeld en bij het uitchecken
even een kaart verstuurd naar Wieteke, nichtje van Mir, die gaat trouwen.
Tevens moesten we even LPG bijtanken na al die koude dagen en nachten. De
verwarming, het koken en de koelkast gaan op LPG. Na dit karweitje, wat hier
lijkt alsof de explosieven-opruimingsdienst een tweede wereldoorlog bom
onschadelijk maakt, konden we op pad.
Richting Zion National Park was het plan! We hebben weer
enorme mazzel met het weer; geen wolkje aan de lucht (goed voor de foto’s en
video) en een heerlijke 21 graden. We gingen via de Interstate 15, die ons snel
naar Zion NP bracht via de route 89. Een erg leuke rit met een aantal voorproefjes
van wat er gaat komen.
Voordat we bij de ingang van het park kwamen, zagen we ook
hier een enorm toeristisch dorp, 100% gericht op het park. Vele
souvenierswinkels, restaurantjes en adventure bedrijven. Ons was aangeraden om
onze camper net buiten het park te parkeren en vervolgens op de shuttlebus te
stappen, die ons naar elke stopplaats brengt in het park. Elke 10 minuten komt
de volgende bus, zodoende kun je de hele dag de tijd nemen om al het moois
rustig te bekijken. Zion is een erg groen en rotsachtig park. Wel iets anders
vormgegeven dan de rode rotsen die we tot nu toe zagen. Vooral de groenheid, de
snel lopende rivieren en beken, de sleufcanyons, een dichte vegetatie en een
rijk dierenleven onderscheidt Zion van alle andere parken die we tot nu gezien
hebben. Ook hier waren de Mormonen de eerste bewoners van het park en noemden
het Zion; het hemelse land van de Heer. Het park deed mij erg denken aan the
Northern Cascades in Washington State, waar we in 2006 zijn geweest met de
camper. Na een paar stopplaatsen hebben we een stukje gewandeld naar een
enigszins wilde rivier met daaromheen bomen en op de achtergrond de enorm
bergen. Miriam kon lekker foto’s nemen en ik de video ter hand genomen. Mir was
weer helemaal in haar nopjes met haar camera en schoot er als een Billy the Kid
lustig op los. Na verloop van tijd reden we weer de terugroute naar de camper
en stopten we bij een mooie plek: Weeping Rock. Het water komt daar gewoon door
de stenen naar beneden lopen en in een enorm soort oogkas, maar dan van rots
welteverstaan. Vervolgens valt het water op de onderkant van de oogkas en zo
lijkt het dus dat de rots huilt. Vandaar Weeping Rock. Was mooi om te zien.
Eerlijk gezegd moet ik bekennen dat ik na weer 4 uur in zo’n
park te hebben rondgereden en gelopen, het wel een beetje gehad heb. Miriam is
daarentegen een enorm natuurmens en kan er de hele dag wel blijven ronddwalen.
Kijk; als ik een groep met rotsen heb gezien, dan heb ik het gezien en hoef ik
niet dezelfde groep nog eens te zien vanuit een andere hoek of hoogte. Miriam
wel! Die vindt het prachtig en ziet ook allerlei andere zaken om van te
genieten. Bloemen, planten en eekhoorns, waarvan vanmiddag wederom er een op
Miriam haar schoot en schouder ging zitten. En dat terwijl Mir toch echt geen
eikel is. Wederom een prachtig plaatje. Omstreeks 14 uur reden we het park uit
en moesten we nog lunchen. We zagen een leuk restaurantje en zijn daar op het
terras gaan zitten. Binnen no-time waren we aan de praat met een ander
amerikaans stel, wat onderweg was naar Las Vegas om een groot Bridge-toernooi
te spelen. Hij speelde in een team met een aantal uit Nederland afkomstige
medespelers. Nooit geweten dat Bridge zo’n groot iets is mondiaal gezien. Het
beeld wat ik ervan heb is dat stoffige, vooral oudere mensen dit spel spelen.
Er hangt ook een enorm kak-imago omheen. Als ik al alleen denk aan de mensen
die ik ken die dit veel speelden en ook altijd zeiden; het is geen spel voor de
normale mensen; je moet er heel slim voor zijn. Mevrouw Hildebrand en mevrouw
IJzerman, beiden rusten in vrede inmiddels.
Maar goed, terug naar eten. We hebben echt waanzinnig
lekker gegeten met een lekker wijntje erbij. De ober verkocht ons heerlijke
wijnen en daily specials. Wij trapten er natuurlijk weer in, maar behalve de
prijs, is het eten ons super bevallen. Miriam at rauwe tonijn (sashimi) met
sesamzaadjes en een heerlijk dressing, met gecaramelisseerde uitjes en lekkere
japanse komkommersalade. Ik daarentegen at een heerlijke rodedruivensalade,
door de helft gesneden, met gorgonzola,
gemalen en gegrilde walnoten en champagne-vinagraitte. Alles door elkaar
gehusseld en opgemaakt op het bord als een tros druiven. De smaak was echt
verrassend en ook Miriam wilde hiervan mee-eten. Niets voor niets, dus ik ook
van haar tonijn gepeuzeld.
“Willen jullie ook nog een heerlijk huisgemaakt dessert
nuttigen?” vroeg de ober, die duidelijk op een verkooptraining was geweest.
Ik met mijn toetje wilde wel een toetje en Mir uiteindelijk
ook wel. Ik kreeg een heel lekkere chocolade pindakaas crème brulee met daarin
een spicy pepertje doorheen gemalen. Erg lekker! Mir kreeg een chocoladecake,
vol met echte chocolade en erg machtig. Collegiaal zoals ik ben, heb ik Miriam
even geholpen hem meester te maken.
Klinkt allemaal goed he? En dat voor € 107,00!! Kun je
niets van zeggen! Nee, dat konden we niet, want we hebben alles wat de beste
man voordroeg, geslikt als zoete koek zonder daarbij ook maar 1 moment te
denken wat het zou kosten.
Effe lunchen dus!
Daarna zijn we onderweg gegaan naar onze volgende camping
in Kanab. Dit is richting Page bij Lake Powell waar we morgen naar toe gaan.
Bij de camping aangekomen, welke overigens erg netjes was en vooral erg schoon,
bleken de eigenaren Nederlanders te zijn. Erg gezellig even zitten praten met
ze en zij hebben hun droom waargemaakt om 14 jaar geleden alles achter te laten
in Nederland en een camping begonnen (www.kanabrvcorral.com). Via 2
tijdelijke visa’s van 5 jaar, hebben ze een paar jaar geleden via de Green Card
Lottery het definitieve visum gekregen. Een erg leuk stel en ook zij waren blij
om weer even ouderwets gezellig Nederlands te praten. We konden echter geen
biertje aan ze slijten.
Vanmiddag hebben we nog heerlijk een paar uur buiten zitten
lezen in onze stoeltjes en wat zonne-energie opgepikt. We stralen echt; Mir is
verbrand op haar rug en ik ga morgen blozend door het leven.
Welterusten!
Dinsdag 4 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 64.516
Miles-stand bij aankomst camping: 64.664
Totaal: 148 (kilometertotaal: 237 km.)
Vanmorgen na het ontbijt meteen getuige geweest van een
bedrijfsongeval op de camping Corral in Kanab. Een ietwat bejaarde medewerkster
viel van het trappetje naar de receptie toe. Ze ging plat op haar plaat en
bleef liggen. Wij schrikken en er direct op af om haar te helpen. Ze kermde van
de pijn en zei: I think I broke my rib!!
Dus ik zeg: do you have spare ribs? Kon ze niet om lachen.
Wij wel! Voor de niet engels-taalkundigen onder ons: spare betekent de lekkere
ribbetjes die we kunnen bestellen, maar spare betekent ook “reserve”.
Maar goed, wij de ambulance bellen. Kostte mij een rib uit
mijn lijf…..toen maar Arie gebeld……Arie Ribbens.
Nu weer serieus. Nadat we deze enorme trauma verwerkt hadden
zijn we weer op pad gegaan met ons huis op wielen. We hebben het erg naar onze
zin nu ook de zon er weer fris en fruitig voor staat vandaag. Ons plan is om
vandaag via de route 89a (alternatieve) naar Page te rijden. Deze weg kent weer
mooie gebieden en bergformaties en die hadden we al weer een dag niet meer
gezien. Na 5 mijl reden we een nieuwe staat en tijdzone in en ging de klok weer
een uur naar achteren. Het verschil is dus 9 uur geworden. De nieuwe staat is
Arizona. Cowboy en indianen territorium. Je ziet gewoon denkbeeldig boven op
die bergen 50 indianen staan met hun veren en de lapjes gekleurde paarden.
Ranches en mooie dalen met groene weiden, met witte onheiningen, balen stro en
mooie huizen. Deze beschrijving gaat over de blanke bevolking in dit gebied.
Daar tegenover staan de indianennederzettingen die gekenmerkt zijn door
afgetrapte stacaravans, oude brakken voor de deur en daarnaast de nog oudere
brakken die het al jaren niet meer doen. Veel troep op de straat en veel
inteelt kinderen. Je wordt er niet vrolijk van. Je ziet zulke rare mensen langs
lopen dat je denkt; wie heeft hier de afwerking van gedaan. Maar de natuur is
wederom prachtig. We rijden op de 89a kilometers en kilometers en je komt 2
auto’s tegen. Ik overdrijf (dit keer) niet! Ook zo’n weg waar je oneindig in
een rechte streep het asfalt ziet liggen en de dampen die ervan af komen. Na
mooie vergezichten te hebben gezien komen we uit bij Vermillion Cliffs. Een
canyonwand van kilometers lang met denkbeeldig honderden torens naast elkaar
gebouwd. De kleur Vermillion is te omschrijven als dieprood tegen het bruin
aan.
Vervolgens weer doorgereden en toen reden we Lees Ferry /
Marble Canyon in, een natuurpark omringd door prachtige bergen en losliggende
rotsen zoals bijvoorbeeld weer een Balanced Rock. Een enorme rots op een veel
kleiner steentje en daar staat ie dan al jaren bovenop op een manier dat je
denkt; hij gaat vallen. Ongelofelijk. Rijdend door het park zagen we nog
allerlei mensen met boten de Colorado River opgaan.
Bij een volgende stop in het park voor foto’s zag ik dat ik
eindelijk bereik had met mijn mobiele telefoon en belde ik mijn ouders even op.
Miriam haar ouders spreekt ze bijna iedere dag via Skype, maar mijn ouders zijn
gestopt met de moderne ontwikkelingen toen de pick-up op de markt kwam. Geen
computer dus, daarom maar even bellen. Het was na 9 dagen weer even fijn om hun
stemmen te horen. Ze zijn toch beiden op een respectabele leeftijd en wij
helemaal in het verre amerika, dus het was goed om elkaar even bij te praten.
Daarna kwamen we weer in Navajogebied en reden we de Navajo
Bridge over. Deze brug gaat over de Marble Canyon (wat een uitloper is van The
Grand Canyon, in noordelijke richting).Een enorm grote brug, eigenlijk 2
bruggen over de diepe canyon waaronder weer de Colorado River loopt. Terwijl we
op de brug staan om foto’s te maken van het mooie plaatje van de canyon en de
rivier ertussen, zien we dezelfde groep mensen die we eerder zagen peddelend op
ons af komen met rubberen bootjes, Een prachtig gezicht en je voelt je dan zo
klein als mens als je tussen die enorme
muren van steen staat en in de diepte hele kleine poppetjes ziet aan het
roeien… met de riemen die ze hebben.
Weer een stukje verder kwamen we bij een hele kleine
nederzetting uit de 19e eeuw, waar een vrouwelijke pionier van
rotsen een woning had gemaakt. Ze had pech onderweg gekregen met haar paard en
huifwagen tijdens de trek naar Lake Powell en moest beschutting hebben voor de
zeer koude nachten. Het zag er heel mooi en praktisch uit allemaal. Daarnaast
verkochten indianen allerlei sieraden, om toch een beetje inkomen te verdienen
op zo’n plek waar veel mensen stoppen.
Daarna weer op weg gegaan en zagen we de eerste glimpen van
Lake Powell. In Page, waar we onze volgende camping hadden geboekt, zijn we
eerst naar de drankenwinkel geweest om onze wijn- en biervoorraad aan te
vullen. Page is een best grote stad met veel vertier. Waar water en bootjes
zijn, is altijd wat te doen. Belooft dus wat voor de komende 2 dagen. Deze
dagen zijn echter rustdagen. Door het rijden met de camper in onbekend gebied,
met daarnaast alle indrukken die je opdoet, ben ik erg moe. Ook Miriam vindt
het prettig dat de komende dagen in het teken staan van lezen, beetje broeken,
slapen en eten en een beetje wandelen
langs het meer. Niets moet, alles mag. Heerlijk. Op de camping aangekomen
hadden we ons verheugd om vanavond te gaan BBQen, maar de wind die er staat is
te heftig en er kan dus niet buiten gebraden worden. Jammer, morgen nieuwe
ronde, nieuwe kansen.
Nu zo meteen eerst slapen. Kan niet wachten. Maar eerst nog
wat websites bezoeken van 2e hands grote campers of Fifth Wheels.
Het fysiek maken van onze ultieme droom ooit; hier een jaar rondtoeren, want
wat is dit een waanzinnig mooi en prettig land. Blijven dromen…….
Woensdag 5 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 64.664
Miles-stand bij aankomst camping: 64.664
Totaal: 0 (kilometertotaal: 0 km.)
Vandaag een kort verslag aangezien we deze dag als rustdag en
relaxdag hebben ingericht. Na het wakker worden was het zeer relaxt ontbijten
en direct daarna buiten een boek zitten lezen en muziek zitten luisteren via
mijn Ipod. De plannen die we wel vandaag hadden, waren de was doen en tussen de
middag even lunchen in het restaurant in de Wahweap Marina. Allereerst de was
doen dus. Met 2 zakken wasgoed liepen we naar de wasmachines en gingen daar dus
de was doen. Tijdens het wachten op de was heeft Mir in de winkel een
cowboyhoed gekocht die daarna niet meer van haar hoofd is afgeweest. Na deze
huishoudelijke taken zijn we richting de Marina gelopen. Een wandeling van
ongeveer 5,5 mijl heen en terug. Onze conditie was om te janken, ook die van
Miriam, maar zij is hartpatiënt en ik ben gewoon te zwaar. Dus. Maar aangekomen
in de Marina liepen we een mooi restaurant in met een rond panorama-uitzicht
over Lake Powell. Erg mooi. We hadden geluk; we hadden een nieuwe serveerster
waarvan wij de eerste klanten waren. Ging erg goed allemaal en leuk gesproken
met de jongedame. We zaten daar in dat restaurant en ondergingen hoe het later
zou zijn als we ons eten kregen in het verzorgingstehuis. De gemiddelde
leeftijd van onze mede-restaurantgebruikers was ongeveer 85, allemaal met een
oortje in en ziekenfonds-kunstklappers. Allemaal klagen over bestellingen die
niet klopten, terwijl ze zelf niet meer wisten wat ze besteld hadden. Echt
gebeurt. De lunch was goed overigens, maar dan wordt dat binnengebracht op
borden met daaroverheen plastic deksels zoals deze ook in ziekenhuizen en…..verzorgingshuizen
worden gebruikt. Na de lunch effe lekker met zijn tweeën op een bankje gezeten
en daar een ijsje gegeten en genoten van het prachtige uitzicht op Lake Powell
en de bergen daaromheen. Ook hebben we nog informatie opgevraagd voor de huur
van Houseboats op het Lake Powell. Vanmorgen tijdens het Skypen met Neil en
Yvonne hadden we het erover om eens met zijn vieren een keer een week zo’n
houseboat te huren op Lake Powell. Al jaren hebben we het erover gehad en nu
hadden we er een beeld bij hoe dat eruit zou zien. Wel…errug mooi en idyllisch
op dit mooie heldere blauwe water. Na brochures te hebben meegekregen werd er
gezegd dat de prijzen op het internet gevonden konden worden. Dit hebben ze
waarschijnlijk gedaan om ervoor te zorgen dat de mensen thuis in hun eigen
omgeving een hartverzakking krijgen als ze de prijzen zien. Dat gedoe voor de
balie met hyperventilerende mensen, dat moeten we niet hebben, zullen ze
gedacht hebben. Voor een redelijk uitgebreide boot, met 4-6 slaapplaatsen, een
zonnedek, een woonkamer, keuken, 2 badkamers en een voordek waarop je kan
liggen zonnen, inclusief buitenbar betaal je gemiddeld per week $ 2500,00,
exclusief schoonmaakkosten en brandstof. We blijven ook hierover maar gewoon
dromen denk ik. Of we moeten de staatsloterij ooit winnen….
Vanmiddag voor de rest van de middag lekker zitten lezen en
babbelen om vervolgens vanavond lekker gezellig bij een ondergaande zon zitten
BBQen. Met op de achtergrond Lake Powell, de bergen, een zalmroze lucht met
roze wolken en een koele bries. Wat een heerlijke avond. Nu uitgeteld! We zijn
steeds erg vroeg wakker, dus de dagen duren lang. Slapen zal weer zeker lukken.
De nachten worden wel warmer en warmer. Morgen staat er weer een programma
gepland: Antilope Canyon, een ondergrondse canyon met prachtige lichtinvallen
en supergladde rotswanden waarop dit licht schijnt. Ook moeten we even
boodschappen bij Wal Mart doen omdat we weer een paar dagen de onbewoonde
wereld ingaan. Jullie horen van ons!
Donderdag 6 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 64.664
Miles-stand bij aankomst camping: 64.798
Totaal: 134 (kilometertotaal: 214 km.)
Vanmorgen direct na het uitchecken van de camping,
omstreeks kwart voor 9 naar de Wal Mart gegaan om daar even boodschappen te
kopen voor de volgende dagen. Het is altijd leuk om boodschappen te doen in
Amerikaanse supermarkten. We praten hier niet over een vitrinevrieskast vol met
doperwtjes, nee het gaat om een straat vol met diepvrieskasten met allerlei
doperwten. Dit is hetzelfde met het ijs, de pizza’s, de cornflakes enz. Maar
goed na diverse keuzes te hebben gemaakt op de vroege ochtend, zijn we
doorgereden naar Antilope Canyon. Een door indianen gerunde bezienswaardigheid,
net 5 mijl buiten Page. We konden deze zelfde trip ook boeken via een boekingsbureau
in Page, maar we besloten er gewoon heen te rijden en daar ter plekke kaartjes
te kopen. Toen we eraan kwamen op een enorme zanderige vlakte met een hut erop,
zagen we dat er al meer mensen op dezelfde gedachte waren gekomen. Eerst
kaartjes kopen a $ 25,00 per persoon, dan even wachten op onze oproep om mee te
gaan met de volgende groep. Met verbazing hebben we gekeken naar onze groep
mensen, bij wie we ingedeeld waren. Iedereen keek voor zich uit, niemand sprak
met elkaar en er werd zeker niet gelachen. Er hing een beetje rare sfeer. Mir
en ik hadden zoals gewoonlijk wel erge lol met elkaar. Nadat we op de wagens
waren geladen als vee naar de slachterij, gingen we op pad. Na een paar
kilometers op een zandvlakte te hebben gereden, kwamen we aan bij de Antilope
Canyon. Deze zijn gescheiden door 2 canyons; de Upper en Lower Canyon. Wij
hebben gekozen voor de Upper Canyon. De reden hiervoor lag vooral in praktische
aard. De Lower Antilope Canyon ga je via trappen echt door kruipdoor sluipdoor
gangetjes. Vanuit mijn omvang was het risico te groot dat ik weer wat brak of
dat ik weer ergens in vast kwam te zitten, net als bijvoorbeeld onze douche in
de camper. Miriam was weer bang voor de inmiddels bekende “kriebelbenen”.
Daarom maar voor de Upper Antilope Canyon gekozen. Hier waren de gangen op het
eind ook smal, maar kon je wel gewoon op 1 niveau lopen en hoefde je dus niet
te klimmen ofzo.
De eeuwenlange bestaande canyon is in de loop van die jaren
regelmatig volgelopen met water en dit water, door de stroming, sleep allerlei
vormen in de zandsteengrotten. Deze vormen zijn werkelijk prachtig om te zien
en de verschillende zand- en steenlagen hebben hele mooie kleuren. Het is een
fotogenieke omgeving, dus Miriam heeft haar weer helemaal kunnen uitleven. Het
licht in de Canyon is dusdanig problematisch dat de standaardafstellingen van
de camera niet afdoende resultaat brengen. Maar in de groep zit een andere
fotograaf die Mir wat tips geeft en dat geeft de burger weer moed.
In 1997 zijn in deze canyon 11 personen gestorven door
verdrinking doordat een plotselinge vloedgolf met water vanuit een enorme
wolkbreuk naar binnen kwam. Het waterpeil stijgt zo snel in de canyon dat
wegkomen bijna onmogelijk is. Er zijn nu allemaal veiligheidsmaatregelen via
trappetjes en boven in de Canyon allerlei koffers met touwladders om eruit te
klimmen. Het ging hier wel om de Lower Canyon destijds, dus niet de canyon waar
wij in zaten.
Maar tjonge tjonge wat was het de moeite waard om door de
smalle gangetjes door te lopen en om je heen te kijken. Wat heel leuk was, was
dat in de vormen in de stenen, allerlei bekende mensen waren ontstaan volgens
de indiaanse gids die we bij ons hadden. En inderdaad, we zagen profielvormen
van Bill Clinton, Roosevelt, Elvis Presley. En als op een bepaalde plek de
camera tegen de staande rotswand op legde en je maakte een foto dan recht naar
boven, zag je de vorm van Monument Valley. Je moest soms echt je fantasie
gebruiken, maar het leek er inderdaad meestal wel op. Het was waanzinnig
allemaal om te zien. Eerlijk gezegd vond ik dit wel 1 van de hoogtepunten van
de vakantie. Zo indrukwekkend. Aan het einde van de voettocht door de canyon
stond er nog opeens een traditioneel geklede indiaan in een heel fel
lichtstraal onder een mooi gevormde rots. Prachtig om te zien en hij had ook
echt zo’n indianengezicht. Wel zonder oorlogskleuren dit keer.
Nadat we teruggereden waren naar onze camper bij de
parkeerplaats, zijn we de 98 doorgereden richting Kayente. Dit hele gebied is
indianenterritorium en dat kun je wel zien. Langs de weg allerlei
sieradenverkoopstandjes (goed woord voor “galgje”) en ander prullaria. We
hadden de vaart er goed inzitten en na 2 uur rijden kwamen we weer terug in
Utah, waar we richting Monument Valley reden. We zouden deze dag eindigen op de
camping Goulding in Monument Valley en toen we eraan kwamen en ons op onze plek
hadden geïnstalleerd, zagen we dat we het allermooiste uitzicht hadden wat je
maar kon krijgen op deze camping. Vanuit onze stoelen hadden we uitzicht op het
herkenbare gezicht van Monument Valley; The Monument! Het is zo onwerkelijk om
er te staan, nadat je jaren en jaren er alleen maar kon kijken en over kon
horen. En nu staan Joop Yoghurt en Mien Kwark er gewoon “live” naar te kijken.
Geweldig!!
Aan het einde van de middag kwamen we nog aan de praat met
een boerenfamilie uit Montfoort. Gezellige lui en direct even een borrel erbij
gepakt met elkaar. Verhalen over waar wij en zij geweest waren en lekker slap
ouwehoeren. Dat kunnen wij wel!
Even later kregen we nog een enorme verassing; er kwam een
camper aanrijden met 4 wat oudere mensen erin en die toen ze naar buiten liepen
uit de camper riepen; hey, wij kennen jullie! We hebben elkaar gesproken vorige
week in Bryce Canyon. Verdompt! Het klopte! Deze mensen hebben we nog in de kou
en sneeuw vorige week wat suggesties gedaan over welke parken ze nog moesten
zien enzo. Waren erg leuke mensen toen, en nu nog steeds. Ook even lekker mee
zitten kletsen over hoe bijzonder het is om elkaar weer op eenzelfde moment
tegen te komen op een camping 500 mijl en 5 dagen verder. En nog wel buren ook
op de camping. We gaan ze waarschijnlijk in het najaar nog een keer zien, want
1 koppel doet mee aan wereldkampioenschappen zeilen in Medemblik. Erg leuk!
Tot slot van de dag nog lekker met zijn tweeen wederom
geBBQd en daarna lekker gedoucht. Miriam is op haar veertigste levensjaar
erachter gekomen waarom indianen roodhuiden worden genoemd. Al het stof dat
hier opwaait (en dat is heel veel!!) is rood van kleur en zit over je hele lichaam.
Onze hele zichtbare huid was zo rood als een indiaan en toen we onder de douche
vandaag kwamen lag er een zandbak ipv een douchebak in de badkamer van de
camper (wat klinkt dat groot he: badkamer!).
Nog even een kopje thee en dit blog schrijven en dan weer
naar bed, onderweg naar de volgende dag: Monument Valley en de weg naar The
Grand Canyon. Weer iets om naar uit te kijken.
Vrijdag 7 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 64.798
Miles-stand bij aankomst camping: 64.981
Totaal: 183 (kilometertotaal: 293 km.)
Voordat we vanmorgen wegreden uit Goulding’s RV Park in
Monument Valley, moesten we eerst de Nederlandse boerenfamilie en de 2 Canadese
stellen gedag zeggen. Na dit te hebben gedaan en uitsluitende huilende en
snikkende mensen te hebben achtergelaten, konden we op weg. We hebben besloten
om niet het park van Monument Valley in te rijden omdat er eigenlijk niets te
zien is, behalve Monument Valley en de daarnaast staande monumenten. Het
inrijden van het park zou alleen beteken dat we deze monumenten vanuit
verschillende hoeken zouden kunnen fotograferen. Het scheelde ons veel tijd als
we niet het park inreden. Daarom maar buiten het park, maar wel heel dichtbij,
foto’s en film kunnen maken. We vinden het zo indrukwekkend allemaal. Al die
bekende attracties in de VS die je kent vanuit de TV en films. En nu staan we
er bij. We waarderen het enorm dat we dit kunnen meemaken.
Nadat we nog even hebben staan kijken naar al dit moois,
zetten we koers naar the Grand Canyon, via Kayente, Tuba City, vervolgens een
stukje richting Flagstaff en toen bij Cameron zijn we rechtsaf het Grand Canyon
National Park ingegaan. Onderweg moesten we nog even tanken, ook een
gebeurtenis op zich, want als je met de credit card wil tanken, moet je je card
afgeven bij de kassa en dan pas kun je tanken. In het begin kreeg ik hiervan
een beetje unheimlich gevoel om die card af te geven. Ze kunnen hem zo skimmen
en leeg is je rekening. Maar eerlijk zoals de Yanks zijn, kunnen we ons
eigenlijk niet voorstellen in deze regio dat dit zou gebeuren. Zelfs niet in de
Indianenreservaten. Ook daar alleen maar vriendelijke mensen.
De andere optie is dat je tankt met je credit card
rechtstreeks bij de pomp. Alleen is daar weer de consequentie dat je maar voor
een maximaal bedrag mag tanken van $ 50,00. Dat schiet niet echt op als je weet
dat een volle tank in onze camper zo’n $ 150,00 is. Maar bedenk dan wel dat een
Amerikaanse Gallon (3,78 ltr.) Euroloodvrij gemiddeld $ 3,20 kost. Omgerekend
betekent dit dat deze prijs is in Nederland = € 0,60 per liter.
Geweldig!
Enfin, wij dus het Grand Canyon NP inrijden en kwamen we na
verloop van tijd bij een soort uitloper van de Grand Canyon, waar je ook over
de hele canyon kon uitkijken. Mooi uitzicht, alleen het licht om te
fotograferen is erg flets. Jammer, maar het is niet anders. Na wederom een paar
kilometers verder te hebben gereden komen we bij de Watch-Tower bij de Grand
Canyon. We hebben besloten om hier toch maar even naar binnen te gaan en
uitzicht te krijgen over de gehele Grand Canyon. Het was adembenemend en
prachtig om naar te kijken naar dit natuurgeweld. Want dat is het natuurlijk.
De aardkosten zijn uit elkaar gescheurd, over elkaar heen geschoven en het is
een immens labyrint aan allerei scheuren in de aarde. Verder kijken willen we
eigenlijk niet, aangezien morgen eigenlijk de dag is wanneer we het park echt
gaan bekijken. Eerst naar onze camping
om ons kamp op te maken. We hebben eigenlijk voor morgen en overmorgen geboekt,
maar we hopen dat ze ons willen omboeken naar vanavond en morgenavond
overnachten aldaar. Maar deze droom werd direct uit elkaar gespat toen we weer
een paar bekenden tegen kwamen in het park. De beide stellen Canadezen kwamen
we weer tegen en die hadden gebeld naar onze camping of zij er ook nog konden
staan vannacht. De melding die ze kregen was dat de camping volgeboekt was en
dat niemand er meer bij kon. Onder geen voorwaarde. Oeps, nu moesten wij dus
ook even nadenken wat te doen, aangezien we dus wel een plek moesten vinden
voor de nacht. Na wederom afscheid te hebben genomen van de Canadezen, zijn we
weer op pad gegaan. We gaan gewoon proberen of we toch op onze geboekte camping
terecht kunnen. Zo niet, dan willen we de tweede nacht die we oorspronkelijk
geboekt hadden op deze camping annuleren. Twee nachten in dit park lijkt ons
meer dan voldoende. Wel, toen we bij de camping aankwamen, deden we wederom
onze puppie-act met onze hondstrouwe ogen. We liggen een dag voor op schema en
zodoende zijn we nu te vroeg. De dame keek ons aan en zei: we will get you in!
Dus hadden we gewoon een plekkie en konden we ook nog kosteloos onze 2e
origineel geboekte nacht annuleren. Wij weer helemaal in onze nopjes en vonden
dat daarp maar eens gedronken moest worden. Net voordat we gingen zitten met
ons eerste wijntje en biertje zagen we weer bekenden op onze camping aankomen.
Jullie raden het al: wederom de Canadezen! Later nog gezellig de BBQ
aangestoken en met zijn beiden lekker gegeten. Morgen gaan we de Grand Canyon
eens grondig bestuderen, maar we beginnen laat met de tour door het park, want
we willen de zonsondergang graag zien. Lekker echt eens uitslapen deze vakantie
en geen haast om voor half 9 in de camper te rijden. Welterusten! Mir slaapt
al; daar ging vanavond om half negen al het licht uit en ze ging nog even
“lezen” in bed. In mijn gedachten had ik gewed dat ze binnen 15 minuten zou
ronken als een oude dieselmotor. Het werden 20 minuten. Ik ga ook zo!
Zaterdag 8 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 64.981
Miles-stand bij aankomst camping: 65.038
Totaal: 57 (kilometertotaal: 91 km.)
Vandaag was een waanzinnig lekkere dag! Op het programma
stond om de Grand Canyon eens goed te gaan bekijken, maar we hebben nu de dag
wat anders gepland.
In plaats van om 7 uur het bed uit en om half 9 op pad,
kozen we er nu voor om de ochtend als vrije ochtend te gebruiken en lekker eens
goed uit te slapen. We merken dat we erg moe zijn van de eerste 2 weken.
Doordat we veel wilden zien, hebben we de eerste 2 weken aardig door moeten
jakkeren om alles te kunnen zien. Ook het rijden in erbarmelijke
omstandigheden, de harde wind, kou en sneeuw die de eerste weken ons parten
heeft gespeeld, heeft zijn tol geeist. Beiden wilden deze ochtend helemaal
niets. Was heerlijk!
In de loop van de ochtend waren we beiden buiten aan het
lezen dichtbij de bosrand, waar onze camper staat. Opeens werden we verrast
door een familie elanden die gingen grazen voor onze neus. Wij stil blijven
zitten en niet bewegen en hebben een half uur naar die grote beesten zitten
kijken. Af en toe keken ze even in onze ogen en zagen dat wij er geen probleem
mee hadden. Na verloop van tijd keken ze ons nog 1x aan en liepen ze weg. Dat
was genieten!
De andere reden om later op pad te gaan als gebruikelijk
had ook te maken met het feit dat we graag de zonsondergang wilden zien in de
Grand Canyon. Dus om 12.30 uur hebben we onze camping verlaten en zijn we naar
het verste uiteinde van het park gereden om zo weer terug naar de camping te
werken. Het was erg druk in het park, aangezien het zaterdag is en veel amerikanen
uit de regio ook naar de canyon komen kijken en kamperen. Amerika is een echt
kampeerland. Het Outdoor-leven is daar een way of life en iedereen heeft
campers, Fifth Wheels (kampeertrailer) of de bij ons bekende caravans. Met de
hele familie erop uit.
Maakt het wel erg gezellig moeten we zeggen, want iedereen
praat met iedereen en vooral: iedereen is vrolijk en vriendelijk. We blijven
het maar zeggen: Amerikanen zijn zeer vriendelijk en beleefd.
Nadat we waren aangekomen op het, voor ons, eerste uitkijkpunt
Lipan Point, keken we onze ogen uit. Ik val in herhaling ongetwijfeld, maar het
overdonderd je grootste verwachtingen als je daar staat en je kijkt mijlen ver
van je weg en al wat je ziet zijn diepe groeven in de aardkost met daartussen
de Colorado River. De kleuren diversiteit van de stenen; ongelofelijk. We
geloven nooit dat we deze emotie over kunnen brengen via de foto’s, maar we
hebben echt mooie exemplaren gemaakt. Het opvallende van vandaag was, dat we na
even te hebben gestaan kijken en wat foto’s makend niet meteen zijn weggegaan.
We zijn heel romantisch met zijn tweeen op een rots net voor de afgrond (errug
diep!) gaan zitten en hebben daar een half uur zonder wat te zeggen gekeken
naar al wat voor ons te zien was.
Eigenlijk zouden Miriam en ik nog een helicoptervlucht
maken boven de Grand Canyon. Het geld hiervoor had Mir gekregen van onze
familie en vrienden tijdens haar 40ste verjaardag. Maar nu kwam het
moment supreme en bleek dat ze de wind te hard vond om angstvrij met de
helicopter te gaan vliegen. Daarnaast hoorden we later ook dat een dergelijke
vlucht niet veel meer zicht geeft dan de plekken waar je normaal staat. Via
allerlei restricties mogen de copters niet te laag, niet te dichtbij en niet te
lang vliegen. Jammer dat het zo gelopen is, maar wij hebben het gevoel dat we
veel van de canyon gezien hebben. Voor het geld hebben we vast zo een andere
bestemming gevonden om er iets leuks mee te doen.
Daarna doorgereden naar Moran Point, voor ons het mooiste
punt. Door de verre uitkijk met gevarieerde uitzichten en veel diepte doordat
je zelf ook tussen rotsen stond. Hier hebben we denk ik een half uur
rondgelopen om de canyon vanuit verschillende posities te fotograferen.
Bijzonder was dat daarmee ook de uitzichten veranderde, terwijl je misschien
maar 40 meter verder stond als bij de vorige foto’s.
Omdat we onze camper bij ons hadden, hebben we besloten om
op het mooiste punt van deze uitkijkpost te gaan lunchen. Mir had even de
generator van de camper aangezet om de oven te kunnen gebruiken om broodjes te
bakken en vervolgens deze te beleggen met worstjes en dus wij met zijn tweeen
op een klif, met als uitzicht The Grand Canyon. We voelden ons heel rijk!
Na de lunch hoorden we een hels kabaal van ongeveer 40
Harley Davidsons op het terrein aankomen. Allemaal vervaarlijk gekleed met
diverse leren pakken. Het bleek een groep duitsers te zijn uit Dusseldorp en
die omgeving. Ze hadden een 14 daagse rondreis met motoren geboekt. Er moest
een groepsfoto worden gemaakt en ik had mijzelf aangeboden om deze foto te
maken zodat iedereen van die duitse groep erop kon. We raakten aan de praat en
hebben enorm met elkaar gelachen. We hebben wel een uur met die duitsers
gebabbeld en een paar een rondleiding in onze camper gegeven. Zij wilden namelijk
wel eens weten hoe zo’n ding eruit ziet. Ze waren onder de indruk en we hebben
de gegevens van de verhuurder doorgegeven. In ruil daarvoor kreeg ik de
touroperator van die USA motorreizen doorgespeeld. Wat ook nog fijn was om te
vernemen was dat zij eergisteren het stuk Classic Route 66 hebben gereden die
ik over een paar dagen met Mir ga doen. We willen een dag een motor huren en
langs deze historische etappe van Route 66 rijden. De duitse motorvrienden
gaven aan dat het “Toll” was. Ik balen: ik haat tolwegen!! Maar ik kan me er nu
al op verheugen op deze motorrit.
Na hartelijk afscheid te hebben genomen van de groep
motorrijders zijn wij ook weer verder op pad gegaan naar de volgende stop:
Grand View. Eerlijk gezegd hadden we hier het meest van verwacht en dat viel
dus enorm tegen. De view was wel grand, maar bijzonder was ie niet. Zo vonden
dat ook een ander nederlands stel van midden 50 die met ons aan de praat
raakten. Met elkaar wat ervaringen uitgewisseld en lekker zitten kletsen. We
gaan elkaar waarschijnlijk weer zien in Las Vegas, wanneer zij er ook
gelijktijdig als wij zijn.
Maar na nog een paar blikken op Grand View te hebben
geworpen, zijn we onderweg gegaan naar onze camping, aangezien we omstreeks
16.00 uur klaar waren met de uitkijkpunten in Grand Canyon.
De zonsondergang was gepland voor die avond om 19.20 uur.
Om 16.15 waren we weer op de camping en hebben we rustig zitten lezen totdat we
weer met de camper naar de zonsondergang gingen. Nu hadden we gehoord dat op
een aantal plekken het werkelijk beredruk was om hier naar te kijken. Wij op de
kaart gekeken waar de wat kleinere afgelegen parkeerplaatsen waren langs de
Canyon om zodoende meer rust om ons heen te hebben.
Nou, dat hebben we gevonden hoor! Omstreeks 18.30 uur zaten
Mir en ik op een enorme rots, 1,5 meter van de afgrond met zijn tweeen te
kijken naar zonsondergang. Ik als niet-romanticus, vond dit zelfs romantisch!
We hebben tijdens de zonsondergang foto’s en film gemaakt en tussendoor weer
lekker tegen elkaar aanzittend naar de spelonken en rotsen zitten kijken.
Werkelijk fantastisch en bijzonder om mee te maken!
Nadat we de zon hebben zien ondergaan, zijn we terug naar
de camping gegaan, waar we lekker hebben gegeten en een wijntje gedronken.
Lekker kneuterig met alle gordijntjes dicht in ons huisje.
Ik zit nu mijn blog te schrijven en Mir is de camper weer
aan het schoonmaken van binnen. Door al die wind blijft er zand en stof binnen
komen via de verschillende roosters. Mir wil het graag schoonhouden en dat doet
ze dan ook met volle overgave. Voordat we de camper gaan inleveren moet er
alleen nog een nieuw aanrechtblad in. Het formica is er totaal van afgepoetst
door Mirreke. Eigenlijk is het net zo als thuis….
Nu lekker lezen en straks manden. Morgen vertrekken we uit
de Grand Canyon en gaan op weg naar Sedona om daar even 2 dagen te relaxen,
terrasje pakken en een paar avonden lekker uit eten in een restaurant. De
komende weken ligt het tempo beduidend lager als de eerste 2 weken, dus ik ben
blij.
Tot morgen!!
Zondag 9 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 65.038
Miles-stand bij aankomst camping: 65.162
Totaal: 124 (kilometertotaal: 198,4 km.)
Vandaag een reisdag naar Sedona. Na lekker rustig wakker te
zijn geworden, ontbijtje te hebben gemaakt, de vuilwater tanks te hebben
geleegd, de schoonwater tank te hebben gevuld, gaan we weer op pad.
Onderweg reden we eerst het Grand Canyon Park uit en gingen
over de lange uitgestrekte wegen richting Sedona. Dit stukje Arizona kan ons
niet echt boeien. Geen mooie uitzichten, maar gewoon immer gerade aus en links
en rechts naast de highway alleen maar woestijn of onbegroeid akkerland.
De komende 2 dagen gaan we dus vertoeven in Sedona,
Arizona. Dit stadje was in de jaren 50 t/m 70 een echt hippiestadje. Deze sfeer
ademt dit stadje nog steeds uit. Erg veel artistieke personen, veel art
gallery’s en een nogal toeristische Main Street. Veel winkeltjes, boetiekjes,
horeca en T-shirts winkels. Eerlijk gezegd vonden we veel van hetzelfde in de
winkelstraatjes. Sedona ligt wel erg mooi midden in de natuur. De laatste 25
mijl voor Sedona zijn we bij Flagstaff afgeslagen naar de route 89a, wederom
een scenic route. Toen we de afslag hadden afgerond kwamen we eigenlijk direct
in een heel andere omgeving terecht. Het was prachtig en vooral ik was er erg
blij mee. Mooie granieten bergwanden (ipv die rode zandsteen die we ruim 2
weken zien) en heel veel groen. Bossen dicht begroeid en daartussen glooiend
langs de bergen weilanden met mooie ranches erop. Veel paarden gezien en echt
lekker dicht begroeide stukken en dan vervolgens na een paar bochten weer een
mooi berglandschap waar je ver weg kunt kijken. We zijn opeens ook heel erg
verbaasd dat we nog steeds op enorme hoogtes rijden. Gemiddeld zijn de bergen
om ons heen en waar we soms ook overheen moeten, 7700 Feet. Dat is ongeveer
2600 meter hoogte. Toch een gemiddelde berg in Zwitserland.
Hoe dichter we bij Sedona komen hoe drukker het ook op de
weg wordt. Sedona is echt een toeristen stadje en de hoeveelheid hotels en
lodges worden meer en meer. Nu nog zoeken naar een Camping. We hebben in Sedona
vooraf maar 1 camping kunnen vinden in dit stadje, maar weten niet waar we
moeten zoeken. We kwamen Sedona in en besloten eerst maar eens door de Main
Street te rijden en te kijken waarin we terecht kwamen en misschien dat we een
bordje zagen met RV Park. Na de hele stad te hebben doorkruist, besloten we
maar naar een kioskje te gaan met daarop Tourist Information Sedona. Wij dus
daar naar binnen nadat we onze kolos hadden geparkeerd. Staat daar een bloedmooie,
roodharige dame achter de balie, die ons meteen vraagt: Zijn jullie met de
camper. Ohh, fantastisch!!! Wat kost dat nou zo’n camper? Wij vriendelijk
antwoorden en zeiden dat we eigenlijk het Rancho Sedona RV Park niet konden
vinden. De dame zei meteen daarop; Is niet nodig! Ik vertegenwoordig een
organisatie met allerlei time-share resorts en ik mag jullie de 2 nachten
gratis aanbieden op ons eigen RV park. Wij hoorden Time Share en dachten:
Wegwezen hier!! Dus dat zeiden we ook, dat we niet geïnteresseerd waren in
time-share en dus niet gebruik wilde maken van haar aanbod. Elk ander aanbod
had ik denk ik niet afgeslagen….mooi mens….om te zien weliswaar. Maar hoe snel
mensen dan toch ineens weer lelijk kunnen worden als ze hun slabek open zetten.
Ze wilde ons niet wijzen waar het RV Park was en antwoordde helemaal niet meer
op onze vragen. Wij nog proberen: zijn er nog meer RV Parks in Sedona. Haar
ijzige antwoord was: It could be (zou kunnen)!! Ik kon het niet laten om ook
nog te zeggen dat ik de tourist information bord aan de gevel misleidend vond,
want alle touristen komen dus daar binnen met vragen en ze worden gelokt naar
een prachtig resort, gratis, om vervolgens bestookt te worden door verkopers
van Time Share Appartementen. Walgelijk. Wij dus weg daar.
Vervolgens zagen we in een folderbak nog wel een foldertje
van de bewuste camping die we zochten staan, dus die vlug meegegrist. Toen op
de routebeschrijving gekeken en vonden we al snel de camping. Een prachtige
camping. Ziet er heel gezellig begroeid uit en de plaatsen staan ook een beetje
verdeeld over het grondgebied ipv veldjes. Ook de dames achter de receptie
waren erg leuk en al snel babbelden we er weer lustig op los. We kregen het
mooiste plekje, vonden wij, want er zat een leuke tuin aan vast en direct vlak
naast het kantoor, dus veel mensen die in en uit lopen. Vinden wij wel
gezellig.
Ook staat onze camper direct bij een vogelvoederplaats, wat
Mirreke natuurlijk geweldig vind, die vrolijke fluiter! Ze zag meteen Kolibri’s
en ook schijnen er ’s morgens valken te verschijnen. Mir is dus morgen vroeg op
met haar tropenhelm, vangnetje en haar trouwe Canon 350D. Het is zo aandoenlijk
om haar zo op te zien gaan in die vogels. Het enige wat ik altijd vraag is: kun
je ze eten? Barbaar die ik ben….
Nadat we geïnstalleerd waren hebben we een
autoverhuurbedrijf gebeld en een auto gehuurd voor morgen. We gaan echt de
bergen in, wederom weer rode bergen aangezien deze regio Red Rock State Park
heet, en met een auto ben je veel sneller en flexibeler om door de stad en
regio heen te rijden. Een Ford Focus voor $ 31,00 per dag. Kunnen we hem niet
voor laten staan.
Daarna zijn we de stad ingelopen en hebben lekker langs
alle winkels gestruind en redelijk heerlijk Sushi gegeten in het Hyatt Hotel.
Daarna weer lekker gestrold en nog even in de Cowboy Club een biertje gepakt.
We zijn in de stad blijven hangen tot etenstijd en zijn toen weer naar een
restaurant gegaan om lekker te eten. Het bewuste restaurant had al jaren achter
elkaar prijzen gewonnen als beste restaurant, maar dat aten wij er niet aan af.
De steak was echter wel erg mals en lekker. Met al onze stoere verhalen dat we
het laat gingen maken, bleek dat direct na het eten, om 19.45 uur, het licht
weer uit ging bij ons. Toch maar terug naar huis en daar nog afzakkertje
genomen. Het is heerlijk rustig op de camping dus met de nachtrust zal het wel
weer goed komen. We slapen heerlijk in de camper. Welterusten!
Maandag 10 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 65.162
Miles-stand bij aankomst camping: 65.162
Totaal: 86 (kilometertotaal: 137,4 km. Met huurauto!)
We zitten op een erg gezellige camping en onze plek zit
direct naast het kantoor, dus we waren al vroeg wakker. Om 09.30 uur komt de
autoverhuurder ons ophalen om ons naar de auto te brengen bij het vliegveld.
Samen met een ander campingbewoner gingen we dus met Debby, de chauffeuse, op
pad. Bij het vliegveld aangekomen konden we meteen beginnen met het afhandelen
van de papieren en onze auto starten. Vandaag rijden we in een Ford Focus
Automatic. Gezamenlijk aan de balie van de verhuurder begon de dame van de
camping ook tegen ons allerlei suggesties te geven om dingen te zien, uit eten
te gaan en boodschappen te doen. Alles werd op de kaart weergegeven waar we
moesten zijn. Bij het noemen van het restaurant waar we moesten gaan lunchen,
Entchantment Resort, begon ze spontaan te waterlanden van emoties. Moest dus
een bijzondere plek zijn of ze heeft er herinneringen aan een dierbare persoon
die is ontvallen. Voordat ik begin te huilen bij het noemen van een restaurant,
moet er toch wel wat gebeuren. Stel je voor: Full House en dan gaan janken……ja
van de rekening ja!!
Nadat we de dames hadden bedankt voor hun diensten (klinkt
wel erg fout dit!), zijn we op pad gegaan. Miriam wilde heel graag Montezuma
Castle bekijken; een aantal indianen woningen uitgehakt in een grote bergwand.
Ik kon niet wachten om dit te zien. Met alle verwachtingen gingen we naar
Montezuma toe. Een dorp ongeveer 50 kilometer van Sedona af. We moesten
behoorlijk zoeken, maar na een stukje omrijden hadden we het gevonden. Daar
aangekomen waren we niet de eersten die stonden te trappelen om binnen te
komen. Het was behoorlijk druk daar. Het pad naar de bezichtigingen toe was
ongeveer 500 meter lang via een verhard paadje. Na ongeveer 200 meter kwamen we
bij de bewuste rotswand en daar moest dan het wonder der aarde te zien zijn. Ik
begon al meteen te lachen, wat enkel lichte irritaties opwekte bij Mir. De
reden hiervoor was dat er een prachtig verhaal stond weergegeven dat deze gebouwen
in de rotsen het woongebied waren van 35 indianen ongeveer 1100 jaar geleden.
Een heel lulverhaal, eigenlijk hetzelfde als die indianentekeningen op de
rotswand in Zion NP, ergens vorige week.
Voor mij leek het meer een stucadoor- en metselproject voor
werkloze bouwvakkers die hoogtevrees hadden en gereintegreerd moesten worden in
het arbeidsproces. Ik zal de foto er zo meteen bijvoegen en denk dan bij
jezelf: dit is 1100 jaar geleden gebouwd. Ik dacht zelfs nog streepjescodes op
de bouwblokken te zien zitten.
Het mag duidelijk zijn; ik geloof er niet zo in! Volgens
mij was het gewoon een stukje land waar ze wat mee moesten, ze zagen een
rotswand waar wel wat van te maken viel en zijn toen op een zomeravond lekker
gaan stuccen. Een stukje verderop zagen we nog oude funderingen van huisjes op
de grond, met afgebrokkelde muren en een klein beekje stromen en…..dat was het!
Ik lag helemaal in een deuk en zag Mir haar verwachtingen als een zeepbel uit
elkaar klappen. Al maanden riep ze dat ze dit zo graag wilde zien en dat dit!
Wat wel zeer bijzonder was
aan dit bezoek aan Montezuma Castle was dat we al pratende opeens in de
muur, vlak voor ons een spinnetje zagen. Niet zomaar een spinnetje hoor, maar
een vogelspin cq Tarantula> Was wel even schrikken aangezien we daarvoor
vlak voor het muurtje met onze blote benen hebben gestaan. Ik ben dan niet zo
bang omdat ik weet dat die spin denkt; dat been krijg ik nooit op! Dan maar dat
slanke pootje ernaast. Was ook iets meer doorgebakken aangezien Mir iets
bruiner is dan mij.
Na deze deceptie zijn we weer op pad gegaan en nu onderweg
naar iets veel belangrijkers. We gingen Outletten in Oak Creek, waar we op de
heenweg een Tommy Hilfiger zagen. Daar ben ik dus geslaagd om een nieuwe
spijkertent…eeh broek te kopen, een mooie poloshirt en 2 hele mooie boxershorts. Missie voor nu even
geslaagd. In Las Vegas gaan we ook shoppen, maar dan bij een groter outlet.
Bij het verlaten van het outlet wilden we op zoek gaan naar
dat huilende mevrouw restaurant. We hebben een tijdje rondgereden en konden het
niet vinden. Om te janken was dat!
Toen maar bij de Barking Frog gegeten. Dit zag er
veelbelovend uit, maar was het bij lange na niet.
Het weer was werkelijk heerlijk zonnig met een goede
temperatuur, dus zijn we eigenlijk direct terug gegaan naar de camping. We
zitten op zo’n gezellige en mooie camping, dat we eigenlijk wel 2 weken willen
blijven. Het is dat Sedona niet zoveel te bieden heeft om deze tijd te
rechtvaardigen, dus dat doen we niet. Morgen gaan we weer verder rijden met de
camper. Vanavond hebben we nog even een pizza gegeten bij alternatief 2 van de
huilende mevrouw en dit was een prima suggestie. Van deze pizzeria val je heel
veel vanaf. Sinds we thuis zijn is Mir al 2 keer moeten “grote boodschap doen”.
Wetende dat de toiletten 150 meter zijn, moet je wel afvallen dus. Nu lekker
weer in ons hok een afzakkertje en wat lezen. Maar we denken dat het weer niet
laat wordt vanavond.
Wat voor mij wel een teleurstelling was, is het feit dat ik
morgen geen motor kan huren in Seligmen. Het is te koud en de wind is te hard
om op de motor de Classical Route 66 te doen. Ik baal er wel van, maar met 11
graden en veel wind, zonder motorkleding is het gewoon niet prettig om daarin
te rijden. We doen nu de route met de camper. Ik zet wel een helm op om toch
een beetje het gevoel te hebben. Vervolgens ruk ik ergens een kerel van zijn
motor af en ga er op zitten bij een bord met Route 66 en maak vlug een paar
foto’s. Maar wel jammer om niet zelf te kunnen rijden. Jullie horen morgen meer
van ons. Welterusten voor nu!
Dinsdag 11 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 65.162
Miles-stand bij aankomst camping: 65.413
Totaal: 251 (kilometertotaal: 401,4 km.)
Vanmorgen even geen ontbijt. We hebben allebei last gehad
van de pizza die we gisteren hebben gegeten. We zitten er nog vol van en hij
zit ons in de weg. Mir heeft daar altijd een kordaat antwoord op, maar ik
meestal niet. Ik vind het moeilijk om op andere toiletten te zitten dan die van
mijn thuis. Dit is een van mijn rare afwijkingen, ik weet het….
Maar keurig op tijd verlieten wij de camping, na eerst de
dames van de receptie hartelijk te danken voor de beide fantastische dagen (ze
waren niet via Tempo Team hoor!) op deze camping. De plek was erg mooi, maar er
was ook iets op deze camping waardoor je je er direct thuis voelt. Het
management van deze camping lag dan ook bij de 3 dames van de receptie. Aan
alles kon je merken dat er vrouwen aan de macht waren op deze camping. Het
varieerde van geurkaarsjes bij de wastafels en douches, ook bij de mannen. Het
mooiste vond ik de lectuurbakken in iedere toilet afzonderlijk. Als je daar dus
zit te kleien kun je lekker mannelijke magazines bekijken. Veel over auto’s,
sport en andere gezondheidsissue’s. Automagazines dus voor mij, dat mag
duidelijk zijn. Ook de welkom-matjes voor de deuren van de toiletgebouwen en
douches. Allemaal details waar alleen vrouwen op letten. Bij mannen moet je al
blij zijn als er überhaupt toiletpapier in de rolautomaten zitten.
We hadden nog even overwogen om nog een dag te blijven
omdat motorrijden er toch niet in zit vandaag. Maar aangezien we de route 66
toch gingen rijden, maar dan met de camper, zijn we uiteindelijk om kwart voor
9 op pad gegaan. Even weer wennen na gisteren in een normale auto te hebben
gereden.
Na Sedona te zijn uitgereden via scenic route 89a richting
Cottonwood en Clarkdale, kwam de gang er al weer goed in. We kiezen er toch
maar voor om via mooie wegen te rijden in plaats van snelle wegen. Dit bleek
een heel goede keuze te zijn geweest. Nadat we Sedona al zo’n 30 minuten achter
ons hadden liggen, begonnen de bergen al weer groter en groter te worden. Via
de bergwegen reden we toch weer een andere omgeving binnen dan de rode
gebergten rondom Sedona. Eerlijk gezegd hebben we niet veel foto’s gemaakt in
en om Sedona. Het voegde niets meer toe, ondanks allerlei mooie namen voor
bergen zoals: Snoopy Rock, Cathedral Rock en Castle Rock. Inderdaad waren er
kenmerken zoals de namen deden vermoeden, maar na 2 weken rode rotsen zijn het
gewoon rode rotsen geworden. Maar deze bergen waarin we nu reden deden ons
denken aan de Northern Cascades in Washington State 2006. Veel granieten
rotspartijen, heel veel groen, erg veel slingeren en mooie dalen en vergezichten.
Het enige wat we nog niet veel gezien hebben zijn wilde dieren. Op een paar
herten na dan. Na te zijn doorgeklommen naar een hoogte van ongeveer 2800
meter, doemde ineens een heel erg mooi dorpje op: Jerome. Dit dorpje moet je
eigenlijk voor je zien als je met paard en wagen een western stadje inrijdt. Nu
was het geen toeristisch dorpje, maar gewoon een dorpje nog gewoon in de
dagelijkse running. Jerome is ontstaan in begin 20e eeuw en de
hoofdstraat en de daarom liggende straten waren ook allemaal “monumentale”
panden. Een saloon, een kruidenierswinkeltje, een gereedschappenwinkel en
barbershop. Al die pandjes met daarvoor een overdekte voetpad gemaakt van
planken. Alsof je gewoon in het wilde westen rondloopt. Alleen de auto’s
verraden de moderne tijd. We werden wel aangekeken toen we met onze camper door
het stadje reden. De wegen waren op sommige punten zo smal dat je spiegel aan
spiegel elkaar net kon passeren. Na dit stadje, waarvan we erg hebben genoten,
daalden we via de weg weer af naar wat lagere hoogten. Even later reden we door
Prescott Valley, ook een erg mooie omgeving.
Dit stadje gaat de komende jaren groeien. Er zijn vele ontwikkelingen
daar gaande qua huizenbouw en industrie. Maar het audenthieke gedeelte was erg
mooi om te zien. Al de dorpjes waar we langs reden, waren allemaal ontstaan
ergens begin 20e eeuw.
Na Prescott Valley zijn we route 89, de reguliere route,
opgereden richting Ash Fork om daar vervolgens een heel klein stukje snelweg 40
te pakken en dan na een paar kilometer er weer af te gaan bij Seligmen, waar de
Classic Route 66 begint. Zoals gezegd zonder motor, maar in alle redelijkheid
was het niet mogelijk om in deze omstandigheden te rijden. Windkracht 8 om je
kop en een temperatuur van 11 a 12 graden, zonder beschermende kleding en als
warmste kledingstuk een fleecevest.
Eerst wilden we nog een nacht hier gaan staan in Seligmen,
maar mijn hemel wat was ik blij dat we dit niet gedaan hadden. Het was een
gehucht in de middle of nowhere, met allemaal armoedige huisjes en de camping
was gewoon een zandplaat in de vlakte zonder enige bescherming of iets van
sfeer. Allebei dachten we: Gillend naar huis!!
Na een paar mijl kwamen we tot de schokkende conclusie dat
we ook blij moesten zijn dat we geen motor hadden gehuurd. Tjonge, Tjonge, wat
was dit een saai stuk weg zeg. Eigenlijk had je geen stuur nodig op de
motorfiets en kon je je wielen fixeren op “recht toe, recht aan” Kilometers
lang alleen maar immer gerade aus. Geen motorrijder te zien, sterker nog: geen
auto te zien, he-le-maal niets! Wat een
deceptie was dit zeg. Jarenlang hoor je over de mythe Route 66 en daarbij
hadden wij beelden (waanbeelden bleek nu!) dat er langs deze weg veel stops te
maken zijn bij jaren 50 en 60 koffietentjes, veel motorrijders, veel neonverlichting,
etc.
Wel; het was hetzelfde alsof je over de visvijverweg,
Rietweg of Elandweg rijdt in de polder. Tja een jongensdroom spatte uit elkaar.
Tussen de middag even lekker gelucht. We moesten nog een paar ons Pastrami
wegwerken op broodjes. We moesten nog wel lachen, want we konden niet echt
makkelijk een parkeerplaats vinden en toen we eindelijk een parkeerplaats
vonden op een verlaten en verpauperd bedrijfsterrein en eindelijk gingen zitten
om te eten, keken we op en zagen we 200 meter verder een mooie picknickplaats
liggen. We kozen er toch voor om onze broodjes op te eten op een bodem van
allerlei vervuiling, oude roestige machines, etc.
Het stukje Classic Route 66 wat we gaan rijden is het stuk
tussen Seligmen en Kingman.
Dit stukje staat erg bekend van deze route. Tussen de
genoemde plaatsen vind je dorpjes als Valentine en Truxton. Hier kun je nog wat
historische plekjes opzoeken, maar hier kwamen we pas achter toen ik een boek
over Route 66 had gekocht in het meest bekende bikerstop cq General Store in
Hackberry. Toen we dit gehucht voorbij raasden, zei Mir opeens; “heey, die
General Store van Hacksberry heb ik eerder gezien in een boek of op TV. Die is
heel bekend!” Ik dus direct de ankers uitgooien van onze camper en omkeren naar
deze plek. Dit was het hoogtepunt van de dag. Deze plek! Een oud pandje met
daaromheen allemaal items uit de jaren 30, 40 en 50. Oude auto’s, oude
benzinepompen, oud reclamemateriaal uit deze jaren. We liepen de winkel binnen
en zagen daar wanden vol met prachtige prullarie wat met de Route 66 te maken
had. Foto’s van bekende Amerikaanse mensen. Miss Worlds, acteurs ,etc. Voor de
deur stond een helemaal door de eigenaar restaureerde Corvette uit 1957.
Helemaal tip top in orde. De eigenaar, John Pritchard gebruikt deze auto nog
dagelijks en hij rijdt als nieuw. Hij was echt heel mooi! (de auto dan he!) Het enige
wat miste was het geluid van een groep aankomende Harley rijders. Daar nog even
rondgelummeld en wat foto’s gemaakt en wat spulletjes voor mijn motor gekocht
om hem iets mee te geven van Route 66.
Nogmaals; was erg leuk om dit te hebben gezien en geproefd
en ik dankte Mir voor het feit dat ze wist dat dit een bijzondere plek was. Ook
wat we dus later lazen in het boek dat ik gekocht heb van Route 66.
Nadat we hier ook weer vertrokken waren, gingen we onze
laatste etappe voor vandaag aanvangen. Missie was om te eindigen in Kingman en
daar een camping te zoeken. Morgen is het dan nog maar zo’n 90 mijl naar Las
Vegas.
In Kingman aangekomen konden we de bewuste camping niet
vinden en wat andere opties bekeken, maar hier wilden we niet staan. Mijn
voorstel was dan ook om even een half uurtje door te rijden en dan ergens een
RV Park te vinden. Eerst nog even tanken en wat gereedschap halen in het
tankstation. Sinds we vanmorgen uit het indianenreservaat zijn gereden lijkt
het wel of er een geest in onze camper rondwaart. Sinds vanochtend vallen
tijdens het rijden kastjes uit de sponningen, horen we allerlei geluiden die we
de eerste weken nog niet gehoord hebben.
Werkelijk; de kastjes onder de kookplaat vallen uit het niets ineens uit
de sponningen. De lades schuiven ineens open, wat eigenlijk niet kan, want er
zit een soort kliksysteem op waardoor ze niet open zouden moeten kunnen. Het
gebeurt allemaal wel. Wij proberen om met die geest in het reine te komen om te
vertellen dat ik alle boeken van Old Shatterhand en Winnitoe heb gelezen, Ik
Kluk-Kluk vroeger zo leuk vond en of ie de groeten wilden doen aan hem. Dat ik
Hiawatha zo’n lekker ding vond vroeger. En tot slot heb ik nog een een heel
positieve referentie gegeven van de film Dances With Wolves.
Dat moet hem gunstig gezind hebben, want daarna hebben we
geen last meer gehad van de geest. Het kan ook zijn omdat we de deur een tijdje
open hebben laten staan. Geestig verhaal he?
Nadat we Kingsman hebben verlaten, zijn we inderdaad een
half uur later een dorpje ingereden waar een camping was. Miriam was helemaal
lyrisch toen ze het plaatsje zag staan op het bord. Mir houdt van net- en reinheid,
dus het bordje “Chloride”, zo heet dit gehucht, viel helemaal in goede aarde.
Nou dat kwam goed uit, want we staan ook op een zandplaat, die je zo ook aarde
kan noemen. De camping staat vol, zoals Jos dit altijd zegt: sneue mannen. Het
is geen passantencamping, maar een bijna permanente woonplaats voor, door de
dames uit huis gezette mannen. Het is wel de goedkoopste camping tot nu toe: 18
dollar voor een full hook up plek tussen de losers. Geen internet, das dan wel
weer jammer. Maar we plaatsen dit verhaal wel morgen als we in een luxe
hotelsuite zitten in Las Vegas. Viva
Las Vegas!!
Woensdag 12 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 65.413
Miles-stand bij aankomst camping: 65.515
Totaal: 102 (kilometertotaal: 163 km.)
Vanmorgen zijn we gewoon op tijd op pad gegaan en de
laatste 100 mijl naar Las Vegas aangesneden. Onderweg was er eigenlijk niet
veel te zien. Uitsluitend woestijn en vlaktes. Hoe meer we richting Las Vegas
reden hoe drukker het ook op de weg werd. De eerste 35 mijl zijn we denk ik maar
20 auto’s tegen gekomen. Op vlaktes van een paar mijl, zie je maar 3 a 4 auto’s
rijden. Ongelofelijk.
Voordat we in de buurt van Las Vegas kwamen, passeerden we
eerst nog de Hoover Dam. Deze enorme dam is in 1931 gebouwd en de bouw hiervan
heeft geduurd tot 1936. De dam is zo ongelofelijk groot en dik, dat het beton
in het centrum van deze dam nog steeds niet droog is. Kun je je voorstellen:
even een wandje gestuct in 1936 en het beton is nog niet droog in 2010!! Ik
hoop dat het met onze keuken en kapsalonnetje eerder droog is…
Voordat we deze dam op mochten rijden, werden we apart
genomen en moest onze hele camper gecontroleerd worden. Een imponerende agent
kwam onze camper binnen stappen en controleerde alle ruimten in en onder de
camper. De US verwacht dat mogelijk een volgende terroristische aanslag
misschien wel op deze dam gemunt zal zijn. De gevolgen van een aanslag als deze
is voor het westen van Amerika desastreus. Een groot gedeelte van het Westen
zal erdoor onder water komen te staan. We moeten er niet aan denken. En zeker
niet nu….
Na de Hoover Dam te zijn gepasseerd, moesten we nog 30 mijl
naar Las Vegas. We hebben besloten om eerst naar de Premium Outlets te gaan om
lekker even te winkelen. Daar hadden we beiden wel zin in, zeker ook in
ogenschouw nemend dat we pas om 16.00 uur pas mogen inchecken in het Flamingo
Hotel.
Het vinden van de Outlets was geen probleem voor mijn
navigator naast mij. Prima gedaan en dus snel begonnen met winkelen. Het rijden
met de camper in Las Vegas is redelijk stressvol. Erg druk en ze passeren je
links en rechts en voorrang geven is er niet bij. Dat wordt nog wat als we echt
naar The Strip moeten in het centrum van Las Vegas.
Nadat we een paar uur gewinkeld hadden, zijn we gaan
lunchen in een japans restaurant. Sushi-Time!! We zijn er dol op! We gingen er
goed voor zitten, maar nadat we net binnen waren, kwam de serveerster met de
mededeling dat we onbeperkt konden eten van de buffetten en sushi’s voor een
vaste prijs per persoon. Voor $15,00 per persoon eten zoveel je maar wilt.
Ongelofelijk!! Wij dachten door deze prijsstrategie, dat het voer niet zo goed
zou zijn. Mooi niet dus! Het was erg lekker en alles vers gemaakt. Zelfs de
sushi’s waren geweldig!
Hierna nog een paar winkels bezocht en de buit is dat ik
weer een paar poloshirts en spijkerbroeken heb gescoord. En van mijn
lieftallige Mirreke een prachtig horloge gekregen. (ik ben nogal een
horloge-liefhebber en geef niets om andere sieraden).
Toen we terug in de camper kwamen, moesten we even onze tas
inpakken voor de 2 dagen hotel in Vegas. Nadat we dit gedaan hadden, zijn we
aan onze laatste 10 mijl begonnen naar het centrum van Las Vegas om ons hotel
te vinden en dan vervolgens nog een parkeerplaats vinden voor onze camper. Hij
zou kunnen staan in een parkeergarage van een collegahotel van dezelfde
eigenaar waar wij zitten. Al snel vonden we ons hotel en ben ik aan de
achterkant van het hotel gaan staan met de camper om eerst binnen bij de
receptie naar de locatie te vragen waar de camper mag staan. Miriam bleef in de
camper zitten om op mij te wachten. Toen ik binnen in het hotel kwam, wist ik
niet wat ik zag! Even naar de receptie lopen in dit hotel betekent dus gewoon
700 meter lopen!! Onderweg kwam ik talloze restaurants, winkels en drukke
casinoruimten tegen. Overal lampjes, geluiden, lallende en brallende
hilliebillies met al een stuk in hun kraag. Onwerkelijk allemaal om er tussen
te lopen. Eerlijk gezegd overviel het mij allemaal. Bij de receptie zaten zo’n
10 receptionistes en daarvoor ongeveer 200 mensen te wachten om in te checken.
Na een half uur in de rij te hebben gestaan was ik nog geen stap verder
gekomen. Miriam heeft de kamer geboekt met haar credit card en dus moet zij
verschijnen en niet ik om in te checken. Of ik effe Miriam kon gaan halen. Parkeerplaats
moest ik zelf maar ergens zoeken. Welkom bij de eerste niet vriendelijke
Amerikaanse mevrouw dus…..
Toen maar besloten om eerst de auto weg te brengen en dan
pas met zijn tweeen in te checken. Ik heb mijn camper gedumpt in de
parkeergarage naast ons hotel en toen naar binnen gegaan met Mirreke. Ik had
haar nog wel even gewaarschuwd wat ze zou gaan zien. Mir was ook erg onder de
indruk en haar eerste woorden, na een paar honderd meter in het hotel te hebben
gelopen was: WAT IS DIT ZEG???
Maar: onze kamer is prachtig!! We hebben een suite, met
enorm bed, bankstel en sofa, 3 LCD schermen in de kamer, elektrisch bedienbare
gordijnen. Het mooiste vinden we het scherm in de spiegel van de badkamer.
Geweldig!!
Na het inruimen van onze kleding in de kast even een paar
biertjes op de kamer laten komen en rustig een biertje gedronken. Het begon nu
donker te worden, dus we zijn de straat op gegaan om Las Vegas op The Strip te
gaan bekijken.
Ik kan er heel kort over zijn: we vinden het helemaal
niets!! Wat een godverloren stad is dit zeg!! Heel veel, en dan bedoel ik ook
heeeel veel mensen op straat. Allemaal met bierflesjes aan de mond lopend over
straat te brallen. Je hoort alleen maar harde muziek, geluiden van de
gokkasten, rijen dik met proppers. Niet voor discotheken of zo, maar gewoon
voor escortgirls op je hotelkamer. Rijen dik!!
Eerst maar even gaan eten in de Outback, een Australisch
ketenrestaurant die we kennen vanuit Panama City Beach. Prima keuze weer! Erg
lekker gegeten en erg gezellig met elkaar zitten kletsen over de zaken die ons
bezig houden. Was erg gezellig!
Daarna zijn we The Venetian Hotel ingegaan en wat we daar
zagen was ongelofelijk. Venetie nagebouwd in een hotel. Gondels door grachtjes,
terrasjes, piazza, winkeltjes, Caribinieri, alles in de italiaanse stijl. Onze
mond viel open van verbazing toen we dus binnen in een hotel liepen en opeens
naar boven keken en daar een zonnig wolkendek zagen geschilderd op het plafond,
wat niet te onderscheiden was van echt. Je had echt het gevoel dat je buiten
liep, terwijl het donker was buiten. Waanzinnig!!
Tja, en toen moesten we alleen nog even rijk worden. Gokken
dus!! We hadden besloten om een bepaald bedrag te vergokken en niet meer. Voor
Mir is dat soms lastig, want die wil gewoon haar geld terug! Maar die hield
zich ook erg goed deze avond!
We hebben lekker op gokkasten gespeeld en aan het einde van
de avond bleek dat wat we vergokt hadden ook later weer was terug gewonnen.
Iedereen blij! Maar nog niet rijk geworden!! Misschien gaat dat morgen lukken.
Nu eerst naar bed, slapen in een enorm bed. Even wat anders dan het kleine
lepeltje-lepeltje bed in de camper. Morgen gaan we zeker nog naar het Ceasar
Palace, The Paris en The Belagio hotel kijken.
Eindconclusie van deze dag is: Las Vegas: You love it, or
Hate it!!
Wij zijn van de categorie: We hate it! But you got to see it!!
Foto’s blijven we jullie nog even schuldig. We zijn het
kabeltje van de camera vergeten. Sorry!
Donderdag 13 mei 2010
Geen kilometer gereden
Vanmorgen eerst lekker uitgeslapen en vervolgens bijna 20
minuten onder de douche gestaan. Ook Mir is lekker in bad geweest en heeft alle
vrouwelijke freubeldingetjes gedaan die ze wilde doen. Wij mannen scheren en
zijn klaar. Maar de vrouwen, die zijn er maar druk mee; poedertjes, zalfjes,
crème, ontharingszalf, pluktangen, kleefstrips, mondbitjes, shampoo,
crèmespoeling, hairconditioner, tandpasta, flosdraad en ga zo maar door! Wat is
het heerlijk om man te zijn.
Mir is absoluut geen poppetje wat de hele dag zit te
boetseren of zo. Integendeel, maar nu ze even alle tijd heeft om lekker te
tuttelen in plaats van heel snel onder de douche in de camper, anders loopt de
douchebak over of is het warm water op, neemt ze het er wel even van. Groot
gelijk heeft ze. Ik vermaak me erg goed op de kamer met de 3 LCD schermen
verdeeld over alle hoeken van de kamer en badkamer. Geweldig!!
Toen Mir eindelijk klaar was om een uur of 11, zijn we op
pad gegaan om Las Vegas overdag eens goed te bekijken. Geen ontbijt voor ons in
het hotel, maar we zien wel waar en hoe laat we gaan eten. Het is om te lachen
als je ziet hoe vroeg dezelfde mensen al weer aan het bier en aan de gokkast
hangen om hun verliezen van gisteren weer goed te maken. Verwilderde ogen
kijken naar de fruitsymbooltjes en de frustratie als het een fruitmand vol is
van verschillende fruitsoorten. We gaan het hotel uit en zien dat het minder
druk is op straat als gistermiddag laat. Het komt dan ook meteen wat prettiger
op je over, want gistermiddag overviel het ons heel erg die drukte. Het eerste
hotel waar we naar toe moeten van Neil en Yvonne is Ceasar’s Palace. We hebben
net met ze geskypt en VS-kenners bij uitstek gaven ze ons aan waar we naar toe
moesten in het godverloren Las Vegas. Wij dus naar Ceasar’s Palace. Wat een
enorm gebouw en wat prachtig is alles nagemaakt uit de romeinse tijd. Enorme
fonteinen, romeinse pleintjes, Het
Colloseum, de Trevi fontein, Romeinse soldaten en natuurlijk Julius! Na eerst
te hebben rondgelopen en dezelfde luxe winkels te hebben gezien als in de
Venetian, kwamen we bij de Trevi fontein aan, waar een prachtig terras omheen
lag van een lekker uitziend restaurant. Aangezien we nog niet ontbeten en
geluncht hadden, zijn we hier lekker gaan zitten en de wereld aan ons voorbij
zien trekken. Uiteenlopend pluimage loopt hier rond. Vanaf Alexis Carringtons
(Dynasty) tot en met de Edith en Archie Bunkers. Van de Amerikaanse Marijke van
Helwegens tot en met de Onslows en Hyacinth van Schone Schijn. Ook de
cosmetische industrie is hier goed vertegenwoordigd. Opgespoten lippen,
opgeblazen borsten, etc. Ze vroegen zelfs aan mij waar ik mijn buik had
opgespoten….zag er goed uit, vonden ze!
Als ontbijt hadden Mir en ik: Carpaccio, Bruschetta en
Pizzietta. Lekker rustig nog een goede koffie gedronken, want van koffie hebben
amerikanen geen verstand. Het is net slootwater.
Al slenterend door de straatjes, waar binnen nacht is, terwijl het buiten dag is. En ’s
avonds is het andersom. Geweldig en apart om mee te maken. Ook hier zijn de
plafonds geschilderd als wolken en de lucht. Je waant je echt buiten. Tot slot
van het bezoek aan Ceasars Palace, zag Mir haar gewenste GUESS horloge liggen
en deze heeft ze vervolgens gekocht. Helemaal blij is ze er mee, want ook hier
is het horloge gewoon weer 100 euro goedkoper als in Nederland. Op de weg naar
buiten moesten we weer langs de enorme Casino hallen met gokkers. Tjonge, die
amerikanen zijn er dol op! Per week komen hier in Vegas 1 miljoen bezoekers. In
heel Florida komen ook per week 1 miljoen bezoekers. Bekijk het eens in dit
perspectief en je hebt hopelijk beeld bij hoe druk Vegas is.
Tot slot van de middag nog door The Paris, The Mirage, The
Belagio en ons eigen hotel Flamingo gelopen en eigenlijk gebeurt in elk hotel
hetzelfde kunstje. Gokken, winkelen, vreten en zuipen.
Aan het einde van de middag nog weer even naar de kamer
geweest om ons weer op te frissen en een freefight-gevecht te houden. Was erg
gezellig en enorm gelachen!!
Omstreeks 8 uur zijn we weer naar de Mirage gegaan om daar
in een Japans restaurant heerlijk traditioneel te eten. Het kostte wat, maar
dat mocht de pret niet drukken. Terug gekomen in ons hotel zijn we het casino
ingegaan en hebben daar uren op een gokkast zitten spelen. We waren er zo van
overtuigd dat deze kast ons rijker zou maken, maar na 150 euro te hebben
geïnvesteerd in deze droom, werden we wakker en stonden weer met beide benen op
de grond. Rijkdom zit hem in andere zaken!! We maken het nu al bijna 3 weken
mee!
Morgen gaan we weer op pad met ons huis op wielen; dat pas
veel beter bij ons en we hebben er nu al weer zin in.
Vrijdag 14 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 65.515
Miles-stand bij aankomst camping: 65.842
Totaal: 327 (kilometertotaal: 523 km.)
Vroeg wakker geworden met zijn tweeen en direct onder de
douche gegaan en onze spullen gepakt om vroeg uit te checken. We moeten een
aardige afstand overbruggen vandaag en willen dus snel wegwezen.
Nadat we uit het hotel liepen, moesten we nog naar de
parkeergarage lopen, ongeveer 500 meter verderop. We vroegen ons af of die er
nog zou staan. Ondanks dat er vanuit de beveiliging een briefje onder het raam
was geplakt met het verzoek om deze camper te verplaatsen, was alles zoals het
hoorde te zijn. We hebben de camper direct verplaatst en zijn vol gas Las Vegas
uit gereden…..en weer rond gereden (a 60 mijl!!).
Omdat de koelkast van onze camper was uitgegaan in de
afgelopen dagen, was al het eten wat er nog in lag, in staat van ontbinding cq
niet meer tintelfris. We moesten dus boodschappen doen en wilden dit in Las Vegas
nog doen, terwijl we bezig waren met volgassen. Echter, na de boodschappen zijn
we ons helemaal verreden en waren we een soort van verdwaald. Nu worden de
relaties er meestal niet beter op tijdens dit soort gebeurtenissen, wanneer Mir
“links” zegt en ik er volledig en dan ook echt volledig overtuigd ben dat het
rechts moet zijn. Daarnaast nog in ogenschouw nemend dat we allebei zo
eigenwijs en flexibel als een eiken houten deur zijn, kunnen jullie denk ik wel
een beeld vormen van de sfeer in de camper op dat moment.
En om de sfeer zo goed mogelijk te houden zegt ze dan tegen
je: geeft niet hoor, we hebben de tijd!
Wat ze uiteindelijk bedoelt is: klootzak, ik zei toch dat
je daar links moest!!!
Maar goed, na weer terecht te zijn gekomen op de rondweg
van Las Vegas hebben we een rondje van de zaak gedaan en konden toen de goede
weg weer vinden. Op naar Death Valley!
Via de secundaire weg 160 zijn we richting Pahrump gereden,
om vervolgens via een zijweg naar Death Valley Junction te rijden; de 190 die
door Death Valley heen loopt.
Om nu te zeggen dat Death Valley een hoogtepunt van mijn
vakantie is geworden? Nee!
Het was een dooie, dorre vlakte met een paar zoutvlaktes
erop. Daar omheen een keten van kale granieten bergen die de vlakte omsluiten.
Aangezien deze bergen rondom de Valley staan en het hoogtepeil hier 86 meter
onder zeeniveau bevindt is het er bloedheet. Vandaag was het 38 graden met
continu die koperen ploert boven je. Campers mogen er maar 3 a 4 maanden per
jaar doorheen rijden. Mei is de laatste maand dat dit kan, daarna lopen de
temperaturen nog verder op en is de kans op oververhitte motoren te groot. Als
je er paar uur moet staan in die woestijn en je hebt geen water bij je, dan ben
je in “Deep Shit”! Onze camper houdt zich voortreffelijk en onderweg zien we
niet veel auto’s ons passeren. Ongelofelijk dat zo’n bekende vlakte zo rustig
is vandaag. Ik denk dat we over 100 mijl niet meer dat 30 auto’s zijn tegen
gekomen. Mir vindt het wel een apart gebied door het verhaal erachter en de
dode uitstraling; er groeit helemaal niets daar. Ik zou er geen
aardappelboerderij beginnen. Ja misschien gepofte aardappelboerderij……
Ook maakt Mir wel een aantal foto’s en videomomenten, maar
eerlijk gezegd vond ik dit het minst interessante park dat we hebben gezocht.
Later in de Valley kwamen er weer wat bergen en stegen we
weer boven zeeniveau naar een hoogte van 5000 feet. Meteen een stuk koeler en
groener. Toen we Death Valley uitkwamen rijden, wilden we eigenlijk snel een
camping vinden om ons kamp op te slaan, maar al wat kwam, geen campings. De
camping die we nog in Death Valley tegenkwamen heette Panamint Springs, maar
daar zagen we ons niet staan. Doorrijden maar. Via dorpjes en gehuchten als Darwin,
Lone Pine, Independence en Big Pine, waar we uiteindelijk een gemeentelijke
camping hebben gevonden. Kost geen drol, maar wel een prachtig uitzicht over de
bergenkam van de Sierra Nevada. Heelijk buiten ge-BBQd, zonder wind en met een
heerlijke temperatuur. Lekker zitten kletsen met onze buurman, die duidelijk
verlegen zat om een praatje. Was wederom erg gezellig. De enthousiaste reactie
van de man wat we nu allemaal hadden gezien, was wel erg mooi. Hij vond het
prachtig wat we allemaal gedaan hadden en zei: jullie hebben ook wel een erg
mooie vakantie gepland. Ik zou hem ook wel willen doen zo! Miriam glunderen
natuurlijk, want die meid heeft echt alles goed voorbereidt en zich overal in
verdiept. Ben supertrots op haar! Ook details waar campings zitten en
bezienswaardigheden; alles weet ze al of heeft ze over gehoord. Ik hoef alleen
maar te rijden en te genieten. Wel; nu weer in de camper, doen we dat zeker.
Het voelt zo thuis en knus dit hok! Heerlijk!
Morgen gaan we richting Bodie en Mono Lake bij Lee Vining
om vervolgens overmorgen richting Yosemite NP te gaan.
Zaterdag 15 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 65.842
Miles-stand bij aankomst camping: 65.940
Totaal: 98 (kilometertotaal: 156 km.)
Vandaag wordt een rustige dag, hebben we besloten. Ik heb
vannacht erg slecht geslapen en heb tot 3uur vannacht zitten lezen in een
prachtig boek wat ik van mijn schoonzus en zwager heb meegekregen. Het heet De
Courtney Trilogie van Wilbur Smith. Het gaat over een Zuid Afrikaanse
boerenfamilie die uiteen valt door allerlei tegenslagen en de Boerenoorlog
aldaar. Een beetje The Patriot en North and South achtige verhalen, om maar in
de Amerikaanse geschiedenis te blijven. Maar we dwalen af; ik kon niet slapen
en stond dus vanmorgen met maximaal 4 uur slaap op. Brak dus! Mir sliep
gisteren om half 10 al en ik kon goed horen dat ze lekker sliep.
Jaloers dat ik was…..
Daarom hebben we besloten om vandaag alleen maar tot en met
Mono Lake te rijden en morgen pas naar Bodie en Yosemite. Geeft mij een erg
lekker gevoel. Om eerlijk te zijn, zijn de laatste weken erg inspannend
geweest, ondanks dat we niet eens zoveel gewandeld hebben. Doordat we eigenlijk
al 3 weken op een hoogte van 6000-8000 Feet leven, merk je dat je lomer en
futlozer wordt. Ook is het ademhalen op deze hoogte steeds meer een probleem
aan het worden. Mir is standaard al heel benauwd van haar hartmedicijnen en
hier dus helemaal. Ik heb zoals al eerder gememoreerd een gewichtsprobleem en
daardoor ook niet de meest vitale man van het westelijk halfrond. En dat
terwijl mijn uiterlijk kenmerken meer dan halfrond zijn.
Maar goed, vandaag een heerlijk rustig dagje. Las Vegas zou
ook een paar rustige dagen moeten zijn geworden, maar als we maar 1x in ons
leven zijn, moeten we ook zoveel mogelijk zien is het credo van Mir. En Martin,
de lobbes met zijn retriever achtige uitstraling hobbezakt er maar weer achter
aan. Was wel de moeite waard, dat wel, maar de vermoeidheid speelt ons beiden
parten momenteel.
Nadat we de camping zijn afgereden, zijn we richting Lee Vening gereden om daar het Mono Lake te
gaan bekijken.
Echter na een half uurtje rijden kwamen we in Mammoth Lakes
terecht om daar een Outlet te bezoeken. Het outlet was zo groot dat op elke
winkel een letter van het woord Outlet stond geschreven. Niet zo groot dus!
Maar de maten wel!! Wederom een paar polo’s gescoord en 2 prachtige
spijkerbroeken. Hup en weer verder de camper in. Deze stop heeft een half
uurtje geduurd.
Na een ritje van ongeveer anderhalf uur, na in een prachtige omgeving te zijn aangekomen,
zagen we de borden van Mono Lake. De omgeving is hier weer zo anders als
gisteren. Toen reden we door Death Valley met een temperatuur van 38 graden en
nu, nog geen 150 mijl verder, rijden we weer door pakken sneeuw van 1 meter
hoog. Niet overal ligt deze laag, maar tussen de bomen in de bossen liggen
grote hopen met sneeuw. Op de weilanden ligt echt nog een laag van 5 centimeter
sneeuw, met op de achtergrond de bergwanden met daarvoor grote houten loghouses
met grote verandas, uitkijkend over de vallei en het prachtig blauwe meer Mono
Lake. Op 28 april (3 weken geleden) lag hier overal 1,5 meter sneeuw en moesten
de sneeuwmassas uitgezaagd worden boven de wegendekken. Foto’s laten zien dat
mensen echt met motorzagen, strak langs de kanten van de weg het sneeuw
wegzagen en dat shovels het sneeuw laden en wegrijden. Prachtig gezicht en ook
een goede indruk van hoe een winter er hier uitziet. Kerstmis is altijd White
hier!
Het grote wildleven moeten we hier ook gaan tegenkomen. We
rijden nu aan de achterkant van het Yosemite NP, welke vanuit hier alleen maar
te bereiken is via de Tioga Pass. Deze is nog gesloten ivm de nog steeds
aanwezige sneeuw beneden en de enorme hoeveelheid sneeuw boven op de top van
deze pas, die 10000 feet hoog is. Dat is ruim 3300 meter hoog. Het bijzondere
is wel dat andere passen die ook naar Yosemite leiden, wel open zijn en dat
deze maar 300 feet lager zijn dan de Tioga. We zijn er nog niet achtergekomen
hoe dit zit.
Tijdens het rijden worden we gewaarschuwd voor overstekende
herten. We hebben ze nog niet gezien. Beren ook nog niet en deze staan wel weer
op ons lijstje om weer gespot te worden. We zullen zien.
Maar nu eerst naar Mono Lake. Vanaf de afslag is het nog 5
mijl rijden naar het meer. Via een onverharde weg, dus onze vullingen trillen
uit onze kiezen. De camper heeft nu niet echt subtiele veringen, zullen we maar
zeggen.
Bij het meer aangekomen konden we een trail lopen naar het
meer toe. “Wat moet je nu bij een meer op je vakantie?” zien we jullie denken.
Ook ik dacht dat! Zelfs nog toen ik het meer al zag, dacht ik “wat moet ik
hier?”. Maar mijn Miriam Attenborough heeft zich er
wederom in verdiept en wilde mij dit laten zien. En eerlijk gezegd moet ik
zeggen dat het een bijzondere ervaring was om dit te zien. Mono Lake is een
zoutmeer met een 2,5 zo hoog zoutconcentratie als welke andere zee ook. Mark Twain noemde dit The Dead Sea of
California.
Doordat er allerlei zout-, mineralen en
carbonades (schouder of rib; ik weet het niet) met elkaar vermengd worden door
het water, komt er een onderlinge chemische reactie. Deze reactie zorgt ervoor
dat er soort pilaren worden gevormd van deze bestanddelen. Door het zakken van
de waterspiegel in dit meer, komen deze pilaren dus boven het water uit en
vormen dus een prachtig schouwspel van allerlei koraalachtige opstaande pilaren
in de meest vreemde vormen. Lopende door de stranden langs het meer, waan je
jezelf op een soort maanlandschap door de tufa’s, zoals ze genoemd worden. Daar
waar wij liepen, onze camper geparkeerd hadden, was 50 jaar geleden nog water
met een diepte van meters en meters. Nu is de spiegel dusdanig gedaald dat je
dus het landschap van de Tufa’s kunt zien boven het water. Over 50 jaar is het
meer volledig opgedroogd en loop je over een valley met alleen maar tufa’s, met
daaromheen een enorme besneeuwde bergketen met granieten steensoorten in
allerlei kleuren door de eeuwenlange evolutie van de aarde. Prachtig om te
zien.
Na een aantal videoshots en foto’s te hebben
gemaakt, zijn we weer doorgelopen door de zandvlakte om naar onze camper te
lopen. Toen we het meer verlieten hoefden we nog maar een paar mijl naar Lee
Vening om daar onze volgende camping op te rijden. Mir wilde vanmiddag vroeg op de camping zijn om de was
te kunnen doen en lekker te rusten. Het was wederom weer een mooie camping:
Mono Vista RV Park in Lee Vening. Erg aardige mensen, die ons nog even geholpen
hebben met het opzetten van internet verbinding. Deze missen we wel als we een
paar dagen niet met het thuisfront kunnen communiceren.
Vanavond hebben we simpel gegeten, een
tonijnsaladetje, aangezien we geen honger hadden.
Tijdens onze maaltijd hebben we een nieuw plan de campagne opgemaakt wat
we de komende dagen gaan doen. Het weer in deze regio slaat om naar regen, kou
en veel wind. Om in deze natuurelementen nu gezellig door de bossen van
Yosemite te lopen hebben we beiden geen zin in. We hebben al zoveel mooie
dingen gezien, dat we echt verzadigd raken. We willen wel een paar dagen echt
vegeteren en rusten om zo ook uitgerust weer in Nederland te komen. In 3 weken
hebben we 14 natuurparken gezien en inmiddels al 2800 mijl gereden. Deze
afstanden zijn niet over gladde snelwegen gegaan, maar over bergpassen,
secondaire wegen, sneeuw en gladheid over de weg. We zijn er nog niet helemaal
uit wat we gaan doen en welke richting, maar wel beloven om jullie tijdig te
informeren!! Fijn weekend allemaal!!
Zondag 16 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 65.940
Miles-stand bij aankomst camping: 66.093
Totaal: 153 (kilometertotaal: 245 km.)
Vanmorgen lekker rustig wakker geworden en zitten keuvelen
in bed over onze opties die we hebben om onze laatste dagen in te vullen.
Zowieso staat Bodie op de nominatie om door ons bezocht te worden. Het is een
oud Western stadje, waarin de 19e eeuw veel pioniers op af trokken
om daar goud te gaan zoeken. Op het hoogtepunt van dit stadje waren er 25
saloons, een hotel en vele straatjes. Tot het moment dat het goud op was en
daardoor dit stadje geen economisch bestaansrecht meer had. Binnen een paar
dagen was de stad verlaten en heeft iedereen huis en haard achter gelaten. Het
staat er nog zo bij als destijds en is een nationaal beschermd gebied geworden.
Maar wat we na Bodie gingen doen wisten we nog niet. Zoals
gezegd zijn we een beetje natuurmoe en hebben we na 23 parken een dusdanig
verzadigd gevoel dat we bang zijn dat Yosemite niets meer toevoegt of in ieder
geval niet de waardering krijgt die hij verdient. Na een paar mensen hebben
gesproken over Yosemite kwam eigenlijk al snel een helder beeld over wat we
moesten doen. De komende dagen zou het daar zwaar gaan regenen, koudefront
langstrekken, sneeuw en de wegen zijn slecht door de strenge vorst in de
winter. Toen maar besloten dat we niet naar Yosemite gaan, maar een ander
alternatief gaan zoeken na ons bezoek aan Bodie.
Na ongeveer een half uur te hebben gereden kwam de afslag
Bodie. Wij reden direct de bergen in via verharde wegen, maar wel zo slecht
door de winters en het weinige gebruik. Beetje rommelig. Hoe verder we de weg
volgden hoe slechter hij werd. Ons Wedgewood servies stuiterde door de kastjes
en het was een lawaai van jewelste in de camper.
Na ongeveer 8 mijl te hebben gereden moesten we door een
hek rijden met daarnaast een bord met:
Very rough road! Unpaved
over the next 4 miles!
Aangezien wij van de camperverhuurder een verbod hebben om
over onverharde wegen te rijden, besluiten we om niet verder te gaan. De
afgelopen kilometers klapperden je tanden bijna uit de kaak, dus het wordt
alleen maar erger. Over de eerste paar honderd meter konden we de staat van de
weg zien en deze zat dus vol met grote diepe kuilen.
Mir had de pest er goed in zitten, want Bodie had ze graag
willen zien. Ik ook trouwens.
Vervolgens zijn we dus omgedraaid en teruggereden naar de
afslag naast de 395 om deze weg weer te volgen tot het volgende stadje
Bridgeport. Ik had de hele ochtend al geprobeerd om mijn moeder te bellen in
verband met haar verjaardag, maar zowel mijn mobiele telefoon had geen bereik
als ook de publieke telefoons waren buiten bedrijf. In Bridgeport maar even
bellen via een vaste telefoon bij een tankstation of zo. Ook dat was nog niet
zo eenvoudig. Deze belpoging van de dag was gewoon bijna een Mission Impossible
gebleken. Maar eindelijk bij een tankstation kon ik belkaarten kopen voor de
publieke telefoons. Alleen….er was er geen! Totdat de man een helder moment
kreeg en wist te vertellen dat naast een hotel in een steegje nog een telefoon
moest hangen. Wij ernaar toe en inderdaad; er hing er nog 1!
Voor $ 5,00 had ik een belkaart gekocht en kon er 105
minuten mee naar Nederland bellen. Moedertje en vadertje uiteindelijk te
spreken gehad en zowel met hun als met ons was alles goed. Dan ga je toch weer
prettiger de dag verder in; om even de stem van mijn oude moedertje en vadertje
te horen.
Onderweg van Bridgeport naar Coleville en Topaz in de
Antelope Valley over de route 395 zagen
we erg mooie dorpjes en prachtige valleien. Onderweg zeiden we tegelijk tegen
elkaar: wat een vredige vallei is dit! Hier zou ik wel kunnen aarden, denk ik.
Het was echt zo! Nette dorpjes van ongeveer 500 inwoners
die zuinig zijn op hun huis en omgeving. Grasgroene velden en weilanden, wit
kerkje met torentje, omheiningen, paarden, paardenwagens, groene naaldbomen,
vriendelijk groetende mensen, ranches en altijd de Sierra Nevada Mountains op
de achtergrond. Prachtig.
Daarna moesten we snel een beslissing nemen wat we gingen
doen de komende dagen. Na met elkaar de kaart te hebben bekeken, hebben we
besloten om naar Lake Tahoe te gaan om daar 1 nachtje te blijven. Maar eerst
moesten we nog over de Monitor Pass. Een pas van ongeveer 9000 feet hoog.
Aangezien de Tioga Pass en ook zojuist de sonara Pass nog steeds dicht zijn,
hoopten we wel dat deze open zou zijn. Deze bleek godzijdank wel open te zijn,
anders moesten we 200 mijl omrijden om op hetzelfde punt te komen waar we
uiteindelijk wilden uitkomen.
Deze pas was werkelijk adembedemend mooi om te zien. Het
natuurbeeld dat we kregen was zo anders als de rode rotsen van de eerste 2
weken. Het deed ons denken aan Canada, British Columbia. Enorme velden van
naaldbomen, rotsachtige bergen en veelal tussen de weg en de naaldbomen en
bergen, woeste rivieren en beekjes. Op de oevers van deze riviertjes stonden
mannen te Vliegvissen, even later een groep kayakkende mannen, tentenkampen
langs de wegen met kamperende vrienden. De amerikanen zijn echter buitenmensen.
Outdoor life is hier booming
business!
Nadat we weer over hoge bergen en diepe dalen zijn gereden,
zagen we de eerste glimp van Lake Tahoe. Een oude vriendin van Miriam (Petra
uit de USA) wist ons te vertellen dat dit meer in een prachtige omgeving ligt
en dat er genoeg mooie campings zijn te vinden. Ook Jim, vriend van Neil en
Yvonne, gaat hier regelmatig heen om te jagen en adviseerde ons ook al om naar
Lake Tahoe te gaan. We zijn begonnen met een stuk rondom het enorme meer te
rijden en ook hier weer met klimmen en dalen en prachtige uitzichten over het
meer en de bergen van de Sierra Nevada.
Na een tijdje te hebben gereden komen we uit bij Meeks Bay
Resort & Marina. Een mooie camping met direct uitzicht op het strand en het
meer. Je hebt hier geen idee dat je ook hoog in de bergen bent door de
aanwezigheid van dit meer. Maar dit meer ligt dus gewoon op 2300 meter hoogte.
Nadat we de camper hadden aangekoppeld zijn we naar het eettentje gegaan op het
strand (!!) en daar lekker geluncht.
Mir lekker een goddelijke hamburger (want dat kunnen zie hier; goede broodjes
hamburger maken!) en ik een hete hond! Nog even lekker gekletst met een man die
meteen vroeg hoe we in godsnaam deze camping hadden gevonden als Nederlanders.
Toen bleek dat hij de manager was van het hele resort, zei ik: hoe kun je dit
nu zeggen terwijl jezelf verantwoordelijk bent voor het feit dat mensen je WEL
weten te vinden. Allebei lachen en lekker aan de praat gegaan. Ook later weer
met Mir op het strand toen we met zijn tweeen romantisch een biertje dronken
met een weids uitzicht over het meer. Liefde kan zo mooi zijn!!
Tijdens ons biertje hebben we de laatste dagen van onze
reis definitief ingevuld. Morgenochtend rijden we via de snelweg 80 direct door
naar de wijngebieden van California, Napa Valley. Mir als wijnkenner en
genieter vond dit wel een goede bestemming. Gaan we dus doen. In Napa Valley
gaan we 2 nachten staan en bezoeken een wijnfarm op een van deze dagen. Daarna
rijden we door naar San Fransisco, maar dan komen we die stad in via de
noordkant, over de Golden Gate Brug. Woensdag nacht is onze laatste nacht in de
camper en dan nog 2 dagen San Fransisco.
Beiden zijn tevreden met de invulling van de komende dagen,
dus we genieten nog even!!
Maandag 17 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 66.093
Miles-stand bij aankomst camping: 66.337
Totaal: 244 (kilometertotaal: 390 km.)
Nog 9 mijl en onze 3000 mijl zitten erop. We hebben de camper
geboekt met een maximaal 3000 mijl pakket, dus we zullen iets moeten
bijbetalen. We hoeven niet zoveel mijlen meer naar San Francisco, dus het kan
nooit veel zijn. Vanmorgen tijdens het wakker worden, zagen we dat we vandaag
in een hele kleine wereld leven. Zwaar bewolkt, laag hangende bewolking en
fleece-temperaturen.
Vanuit Meeks Bay Resort volgden we de oevers van Lake Tahoe
naar het noorden richting Tahoe City. Langs de oevers van dit meer heb je
constant prachtig uitzicht. De sfeer die hier hangt is wederom erg aangenaam.
Ook de type dorpjes en huizen zien er gezellig uit. Zwaar bebosde wouden rondom
het meer en tussen al die bomen allemaal verschillende type huizen met verandas
en kleine dakkappeletjes. Huizen in verschillende kleuren en veel activiteiten
op en rondom het water. Verbazingwekkend is de hoeveelheid sneeuw die er nog
ligt langs de wegen. Echt metershoge sneeuwwanden en daarnaast lopen mensen met
korte broeken en poloshirts. Niet lang meer denk ik, aangezien het wolkendek nu
echt aanstalten maakt om te geen sproeien. Aan het einde van Lake Tahoe,
voordat we de snelweg op gaan, nog even getankt en zodoende dus klaar om de
geschatte 200 mijl naar Napa te gaan rijden. Onderweg op de snelweg zien we ook
niet veel. We zitten weer op een behoorlijke hoogte in de bergen en dus met ons
hoofd in de wolken. Maar dan echt! Miriam zit met haar camera’s in de aanslag,
maar het is geen fotogeniek weer. Dan maar lekker kletsen en lachen met elkaar
onderweg. Het is erg prettig om te bedenken dat we al ruim 3 weken binnen 2
meter van elkaar af leven. Geen onvertogen woord (behalve toen ik gelijk had
over een bepaalde afslag, maar deze niet kreeg…;-) is er tussen ons gevallen en
dat is bijzonder als je weet hoe redelijk klein onze camper, maar vooral ons
bed is.
Hoe meer we richting Napa rijden, hoe drukker het ook wordt
om ons heen. Met de camper moeten we goed uitkijken waar we rijden, want ze
knallen je links en rechts aan alle kanten voorbij. Ook vrachtwagens.
Binnenkomend in Napa gaan we direct op zoek naar een mooie
camping. Het liefst tussen de wijnranken, waar Mir zich goed thuis voelt. We
kozen ervoor om dwars door de stad te rijden, in alle drukte is dat niet altijd
even eenvoudig, maar we slaan ons er zonder schade doorheen. Maar geen camping te
vinden. Totdat we de stad echt helemaal hebben doorkruist, zien we opeens aan
de overkant van de weg een mooi weggetje lopen waarvan we beiden denken; als
daar geen camping zit, dan zit ie nergens meer! Inderdaad we kwamen op de route
121 en deze leidde ons naar een prachtig wijngebied in de bergen. Aangezien we
vroeg waren en nog tijd zat hadden om een camping te vinden, besloten we om
deze route gewoon te volgen en te kijken of we onderweg buiten Napa nog iets
leuks tegen kwamen om te slapen. Wel; dat dus niet, maar wel een hele mooie
route gereden. Jammer genoeg niet zoveel bochten…..het waren er maar 19200!! Ik
heb versleten ellepijpen van het sturen over de kleine weggetjes en
laaghangende bomen en wolken. Jammer genoeg konden we geen foto’s maken ivm het
slechte zicht. Vooral jammer omdat het beetje wat we zien er erg mooi uit ziet
allemaal. Bergen met hellingen vol met groene wijnranken, bomen eromheen en
toscaanse stijl boerderijen. Alleen de zon ontbrak. Als die er was geweest en
geen wolken, dan was het plaatje prachtig geweest. Doordat foto’s maken niet
kon, zaten we wel meer te genieten van dat wat we wel konden zien. Het gaf een
vorm van rust. Alleen toen we bij de zuidkant van Lake Berryessa kwamen, een
meer dat naar het noorden nog doorliep en erg groot en azuurblauw was om te
zien, konden we een foto maken.
Na nog eens 2800 bochten te hebben gemaakt kwamen we weer
uit bij het Outlet Center waar we vanochtend nog even hebben geshopt, toen het
zo regende (sorry, was ik vergeten te melden!). In het Outlet nog een paar
shirts gescoord en Mir een paar flip-flops, zo heten slippers hier.
Nog geen 3 mijl verder vonden we via internet een camping. Vineyards RV Park. Mir helemaal in haar nopjes: in
een wijngaard! Daar aangekomen was het gewoon een camping op de vlakte en het
enige wat maar wees op iets met wijn was de fles die Mir op het aanrecht had
staan. Viel een beetje tegen. Maar wel een gezellige avond gehad met ons
beiden. Morgen gaan we richting San Rafael. Dit plaatsje moet heel gezellig
zijn, aangezien onze buurman Gavin ons daarop heeft gewezen. Hij vliegt zeer
regelmatig naar San Francisco en verblijft dan met zijn collega’s het liefst in
San Rafael. Effe kijken wat daar te
beleven is. Tot morgen!
Dinsdag 18 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 66.337
Miles-stand bij aankomst camping: 66.398
Totaal: 97 (kilometertotaal: 390 km.)
De weblogs zullen vandaag en morgen wat aan de korte kant
zijn. We maken niet zoveel mee deze dagen. Het heilige vuur is er uit en we
willen deze dagen gebruiken om veel te slapen en rusten, beetje vegeteren en
dit ritueel nog eens. De omgeving is ook niet zo sprankelend, eerlijk gezegd.
Gisteren in Napa was de omgeving prachtig, maar konden we hem niet zien. Hier
kunnen we goed zien, maar is de omgeving niet om opwindend. Just an ordinary suburb!
We zijn vanmorgen na het wegrijden uit de camping richting
San Rafael gereden, zonder echt een duidelijk doel te hebben waar we een RV
park zouden gaan treffen. Er zijn er namelijk niet zoveel in San Rafael.
Sterker nog; later bleek dat ie er gewoon niet was. Lekker dan! Wij bij een
voorstadje van San Rafael even naar binnen gestapt bij een Tourist Info. De
laatste keer dat we dit deden in Sedona, bleek het om time-sharing te gaan bij
het bordje Tourist Info. Nu dus godzijdank niet. We werden erg enthousiast
ontvangen door de medewerkers daar en ze vroegen dan ook meteen waar we vandaan
kwamen en welke trip we gemaakt hadden. Toen we zeiden dat we in 3 weken ruim
3000 mijl erop hadden zitten, steeg ons aanzien. Ze waren diep onder de indruk
van de 3000 mijl, maar ook de reis die we gemaakt hebben. Amerikanen doen er
een paar jaar over in de vakanties om datgene te zien wat wij gezien hebben. Al
pratend met deze mensen hierover beginnen we zelf eigenlijk ook wel een beetje
te beseffen wat we allemaal gezien hebben in de afgelopen 3 weken. Na even
gezellig gebabbeld te hebben, kregen we het advies om niet naar San Rafael te
gaan met de camper. Parkeren is er een ramp, er zijn alleen RV’s parks buiten
de stad en zo bijzonder vonden ze het ook niet. Er was een dame die enorm
enthousiast over haar eigen stadje begon te praten al was ze de oprichter en
burgermeester van dit stadje. Ik zou zo op haar stemmen als ze zich verkiesbaar
zou stellen. Alleen paste ze nooit op een poster langs de weg denk ik…..mensen
zouden omdraaien en wegrijden…
We zijn dus beland in Novato, een voorstadje van San Rafael
in de Marin County. Volgens de dame zat er een mooie camping en was het stadje
ook op loopafstand van de camping. Er was genoeg te winkelen en er waren
voldoende restaurants en kroegjes aldaar. Op basis van haar inspanningen om ons
te lokken naar Novato, zijn we dus daar aangewaaid. Aangekomen op de camping
moesten we nog tijdens het inchecken geholpen worden door een nieuwe
medewerker, die de eerste dag daar begon te werken. Moet je net ons treffen. De
arme man werd steeds zenuwachtiger en moest zelfs het wisselgeld 2x op de
calculator uitrekenen om te kijken of hij geen fout maakte. Duidelijk
gevalletje van faalangst….En de som: 100 dollar betaald krijgen en 55 dollar
waren de kosten, is ook niet meteen het gemakkelijkste sommetje. We hebben er 5
minuten bij staan kijken hoe de man worstelde, toen de eigenaar van de camping
ingreep en de man hielp. Erg aandoenlijk, aangezien de man een erg hoog knuffelgehalte
had. Zelfs voor mij!
Na het inchecken eerst even blog van gisteren op het net
geplaatst en toen naar de stad gegaan. De afstand was toch wel ruim 2 mijl
lopen. We hebben het nog gehad over een taxi nemen, maar bikkels zoals we zijn,
hebben we onze loopschoenen aangetrokken, rugzakje met noodrantsoen en water
meegenomen en zijn gaan wandelen. Appeltje, eitje die heenweg, bergafwaarts.
Aangekomen in het stadje eerst de winkelstraat doorgelopen en wilde ik mijzelf
laten scheren. Het struikelen over je eigen baard, begint toch wel wat
vervelend te worden en al die voedselresten die erin blijven hangen gaan zo
stinken. Mir vindt mijn baardje geweldig en heeft constant de neiging om mij te
bespringen. Met het gewicht van Mir 10 jaar geleden was het geen probleem
geweest, maar nu Mir ook weet wat calorieën zijn, begin ik er niet meer aan.
De Barber had geen tijd voor mij, dus ik moet mij maar zelf
gaan scheren. Tegenover de barber zat een Ierse pub waar het er erg gezellig
uitzag tijdens de net begonnen lunchdrukte. Aangezien wij ook wel in waren voor
een lekkere snack, zijn we daar naar binnen gegaan. De serveerster kwam uit
Schotland, Edinburgh om precies te zijn. Ook even lekker zitten kletsen over
Schotland en toen aan onze lunch begonnen met een biertje en wijntje erbij. Erg
gezellig gezeten en ook erg lekker gegeten. Na de lunch wilden wij verder het
winkelwalhalla van Novato gaan verkennen, maar er viel niet veel meer te
verkennen. We hadden vooraf bedacht dat we de hele dag in de stad bleven om daar
ook ’s avonds te blijven eten en dan met taxi terug te gaan, zodat ik ook een
paar biertjes kon drinken. Met de camper rijden en biertjes drinken is niet
verstandig. Maar we konden nooit de tijd breken om te overbruggen tot
dinertijd. Toen maar besloten om terug te lopen naar camping en een siesta te
gaan houden en muziek te luisteren op de Ipod. De terugweg was wat zwaarder als
de heen weg en Mir had eigenlijk het meeste last met ademhaling en conditie.
Haar hartmedicijnen blijven voor ongemakken zorgen. Hopelijk is ze over een
paar maanden, na de operatie er vanaf. We duimen voor haar!
Terug bij de camper
ben ik gaan computeren en Mir is als een blok in slaap gevallen in haar bedje.
Aan het einde van de middag besloten dat we niet meer terug gaan om uit eten te
gaan. Bij de camping zit een Delicatesse shop van een koreaans stel. Daar
kunnen we wel wat lekkere sandwiches bestellen, aangezien we tussen de middag
warm hebben gegeten. Doen we!
Toen de man hoorde dat we Guus Hiddink konden uit Nederland
begon ie bijna te buigen en ons te verheerlijken. Tjonge wat is onze Guus nog
steeds populair bij de koreanen. Het land is Guus zo dankbaar voor het succes
op het WK in 2002. Een halve finaleplaats voor Korea, nog nooit gebeurd!! Wij
konden niet meer stuk. Hij dacht volgens mij dat we Guus met kerst altijd aan
tafel hadden of zo…
Was wel leuk om even mee te maken. Nu weer naar de camper
en lekker keuvelen en de dag van morgen even voorbereiden. Morgenavond is onze
laatste nacht in de camper en moeten we hem donderdagmorgen inleveren. Morgen
dus alleen de rit naar Oakland, bij San Francisco. Tot slot nog 2 dagen San
Francisco. Daar hebben we wel weer zin in.
Voor het feit dat er vandaag niet veel is gebeurd, weet ik
met mijn woorden toch weer een paginaatje te vullen. De verhalen zullen niet
meer zo spannend zijn als de eerste weken, maar we genieten nog steeds.
Woensdag 19 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 66.398
Miles-stand bij aankomst camping: 66.436
Totaal: 38 (kilometertotaal: 61 km.)
Om maar met de deur in huis te vallen; we hebben de camper
vanochtend ingeleverd en daarmee dus een dag te vroeg!
De reden om dit te doen was het feit dat het weer niet best
is en dat we anders in de buurt van de camperverhuurder een camping moeten
zoeken in een niet-inspirerende omgeving en daardoor dus of gaan winkelen of in
de camper blijven om te lezen of zo.
Dat kun je beter een extra dag in San Francisco verblijven,
was onze gedachte.
Na het ontbijt dus eerst even met het hotel contact
opgenomen en gevraagd of er nog een kamer vrij was voor vanavond. Dat was het
geval, dus meteen geboekt. Vanmiddag kunnen we in de kamer.
Maar toen daarna, gebeurde er iets bovennatuurlijks: Mir
begon voor te gloeien, te stralen en haar pupillen van haar ogen verwijdden
enorm. Ze begon te trillen en toen was het hek van de dam!
Als een echte Ajax-tornado begon ze de camper schoon te
maken, beddengoed af te nemen, koffers in te pakken, te stoffen, de keuken uit
te ruimen, etc. Je kunt er maar beter mee klaar zijn, was het credo!
Wel deze massa moest dus ook in beweging komen en dus deed
ik de buitenboel van de camper en moest ik het vuil en de overtollige voorraad
boodschappen aan de man te brengen. Op een camping zijn altijd wel mensen die
wat extra’s kunnen gebruiken.
Na een uurtje onze werkzaamheden te hebben afgewerkt,
konden we op pad. Eerst nog even het LPG aanvullen, de schoonwatertank vullen
en de vuilwatertanks legen. All set! En dus omstreeks 10.00 uur konden we
beginnen aan onze laatste etappe naar de camperverhuurder in Aokland, ook een
grote stad net buiten S.F.
Met mijn excellente navigatiesysteem van Mir-Mir reden we
er in 1x heen. Prima gedaan dus!
Alle formaliteiten afgehandeld met de camperverhuurder en
we hadden dus 100 mijl meer gereden dan was afgesproken. Maar omdat ik mijn
ijsje met de dame wilde delen, zei ze dat er geen extra kosten zouden zijn.
Was dus echt een ijsbrekertje…
En nu op pad naar ons hotel. Via een shuttlebusje met erg
aardige aziatische chauffeur zijn we snel in het centrum van S.F. Onderweg al
de eerste glimpen opgevangen van de Golden Gate Bridge. We hebben er zin in!
Na het probleemloos inchecken zijn we de stad ingelopen en
eerst wat geluncht bij de Sushi Boat. Erg lekker was dat. Mir vond het de
lekkerste sushi die ze ooit gegeten had. Ze zat dan ook bom en bomvol en riep
dat ze de rest van de dag niets meer wilde eten. Na de lunch zijn we met de
cablecar, het bekendste transportmiddel van S.F. door de straten gereden. We
hebben een 3 daags paspoort hiervoor gekocht, dus we kunnen opstappen waar en
wanneer we maar willen. Prima geregeld!
We zijn onderweg naar Pier 39, om daarna door te gaan naar
Fisherman’s Wharf. Bij Pier 39 zijn allerlei winkeltjes en restaurants en het
ziet er erg gezellig uit allemaal. Wat het ook was trouwens! Bij Pier 39 liggen
ook sinds 1989 honderden zeeleeuwen op pontons te zeugen, zonnen en vooral
slapen. Prachtig gezicht was dat! Deze leeuwen zijn in 1989 hier aangekomen na
de aardbeving van S.F. in dat jaar. Een groot aantal is in de volgende jaren blijven
hangen, terwijl anderen wel zijn weggegaan. Het is nu een enorme attractie bij
Pier 39, waar ze worden beschermd door de wet en de ondernemers van Pier
39. Aan het einde van de middag vonden
we dat we wel een drankje hadden verdiend. Mir een lekkere cocktail en ik een
biertje in een erg gezellig restaurant met een terras buiten, zodat je de hele
wereld aan je voorbij ziet gaan. En zoals het in een grote stad altijd het
geval is, is dat hier ook: je ziet bijzondere types voorbij strollen. Geweldig.
Even later kwamen 2 donkere mannen en een donkere vrouw
vrolijk voorbij mijn stoel lopen en 1 van de mannen zei tegen mij: heeey, je
zit op mijn stoel, wegwezen! Om vervolgens direct daarna een werkelijk
fantastische lach te laten horen. Mir en ik meteen in gesprek en slap lopen
ouwehoeren met ze. Het is een prachtige middag met dit gezelschap geworden. Ze
kwamen uit Kenia en woonden al jaren in de VS, hoewel ze nog wel vaak in Kenia
waren. Het waren nette mensen met goede opleidingen en we hebben erg gelachen.
Miriam maakte haarzelf onsterfelijk om een keniaans liedje letterlijk mee te
zingen en nog goed ook. Ze gingen helemaal uit de plaat en vroegen ons hoe we
dat liedje konden. Wij uitleggen dat we in Kenia zijn geweest en dat ik daar 11
dagen in het Mombassa Hospital heb gelegen. Ja, we waren vrienden voor het
leven geworden, dat was duidelijk. Ze
zeiden: we are your black family! Erg gezellig. Als ze na de zomer
in Amsterdam zijn voor zaken, nemen ze contact op om een avondje af te spreken.
Gaan we zeker doen, maar ik moet het nog maar zien allemaal.
Na afscheid te hebben genomen, zijn Mir en ik doorgelopen
en rondgekeken. Morgen staat Lombard Street op het programma en besluiten we
met de cable car terug te gaan richting hotel om daar het avondeten te nuttigen.
Terechtgekomen in een Ierse Pub en daar gegeten, met live muziek om ons heen.
Wederom gezellige avond gehad. Nu weer naar ons bed in ons hotel. We zijn er
qua ruimte op achteruit gegaan. De camper was groter als onze hotelkamer. Het
bed past erin, maar dan passen onze koffers niet meer in de kamer. Godzijdank
vonden we nog een diepe kast waar de koffers wel in kunnen. Welterusten!
Donderdag 20 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 006 (wandelend totaal van
gisteren)
Miles-stand bij aankomst hotel einde van de dag: 32
Totaal: 26 (nieuw paar zolen nodig)
Vanmorgen erg lang uitgeslapen. Voor het eerst in de
vakantie waren we later wakker dan 7.15 uur.
De luiken gingen om 8.45 uur pas open. Heerlijk. Eerst een
beetje TV gekeken op bed en ik mijn blog schrijven. Daarna rustig douchen en
vervolgens meteen de stad ingegaan. Na een paar blokken te hebben gelopen, zijn
we in China Town aangekomen en hebben daar eerst bij Starbucks een heerlijke
koffie gedronken op het terrasje. Het weer is zonnig en warm, dus de terrassen
zitten vol. Door China Town lopen is een belevenis. Je stapt zo Azie naar
binnen met alle reclameborden, de kleine mensjes, de tempels en kerken. Maar
iedereen is er vriendelijk. We lopen de hele straat door tot het einde waar ook
Chinatown ophoudt. Vervolgens lopen we richting Fishermans Wharf. Daar gebeurt toch wel het meest op straat, veel
straatartiesten en muziek. Erg gezellig. Maar eerst nog door North Beach, een
meer italiaanse wijk met de lekkere pizzaria’s maar ook de hoerententen en stripclubs.
Er hangt een iets minder sprankelende sfeer en besluiten om door te lopen en
onze lunch in de Fishermens Wharf te nuttigen. Al lopende kom je de meest
uiteenlopende en dubieuze types tegen. Erg veel zwervers valt ons ook op. We
zijn al een paar keer gezwicht om met ze in gesprek te gaan wanneer ze ons iets
vragen met een lulsmoes om vervolgens om geld te vragen. Ik kan er niet zo goed
tegen en het liefst negeer ik ze ook. Ook Mir loopt inmiddels strak langs ze
heen zonder een blik te gunnen. We moeten soms wel lachen om de bordjes die ze
voor hun neerzetten om om geld te vragen: “Why lie, I desperate need weed” of
“Need money for Alhocol Research”. Tussen de middag zijn we bij een Italiaans
restaurant gaan zitten in de Wharf. Gisteren liepen we er langs en rook het erg
lekker daar. Wel; de praktijk viel erg tegen. Wel erg gezellig zitten kletsen
met een Canadees stel die op huwelijksreis waren. Hij leek erg op Eddie Irvine,
de voormalig Formule 1 coureur. Leuk
stel was het!
Na de lunch besloten we om met een boot mee te varen om
onder de Golden Gate Bridge en om de Alcatraz gevangenis te varen. Was eveneens
een erg mooie ervaring om onder de brug te varen. Deze heeft iets magisch en is
het symbool van San Francisco. Dat wordt wel duidelijk als je alle duizenden
T-shirts in de winkels bekijkt. Overal zie je de brug.
Na anderhalf uur varen kwamen we weer terug in de haven en zijn we nog even bij Pier 39
langs gegaan om een neut te pakken. Daar schoven we aan bij 3 vriendinnen, die
op “onze stoelen” zaten bij de pub waar we gisteren zaten. Aangezien ons accent
engels meteen vragen oproept bij hun, zijn we weer direct in gesprek met de
dames.
Na de paar neuten zijn we even terug naar ons hotel gegaan
om op te frissen om ’s avonds weer lekker uit eten te gaan. Dit eten viel
uiteindelijk erg tegen en zeker in relatie voor wat het kostte. Zonde van het
geld. Nog even een paar blokken gelopen en toen weer naar hotel om in een diepe
coma te vallen.
Vandaag echt de laatste dag van onze vakantie. Ik denk dat
het wederom een sight-seeing dag gaat worden met wat culinaire uitspattingen.
Spannender wordt het niet denk ik…..
Tot morgen!
Vrijdag 21 mei 2010
Miles-stand bij aanvang: 032 (wandelend)
Miles-stand bij aankomst hotel einde van de dag: 84
Totaal: 52 (wederom nieuw paar zolen nodig)
Vandaag dan echt de laatste dag in het gezellige San
Francisco. Morgen is een reisdag dus daarover ga ik niets meer schrijven. Het
is al erg genoeg dat we 10 ½ uur moeten zitten in een te krappe stoel met
voedsel van vliegtuigmaatschappijen. Daarom moet vandaag nog maar even een
lekkere dag worden.
Het weer is qua
temperatuur redelijk te doen, wel veel te fris voor de tijd van het jaar voor
California. Vandaag moeten we nog naar Lombard Street, het bekendste straatje
van San Francisco. Crookedest Street is het precieze stukje in Lombard Street
waar de missie vandaag in het teken van staat. Het kronkelende, hele steile
straatje in de Lombard Street. Maar eerst lopen we naar de halte van de cable
cars om daar in te stappen om alvast een eindje op weg te zijn. Aangekomen bij
Telegraph Hill stapten we uit en liepen zo de Lombard Street in. Echter; deze
straat is nogal lang en steil voordat je bij Crookedest Street komt. Wij
beginnen met lopen en gewoon gaan met die banaan. Na een tijdje in deze straat
te hebben gelopen, konden we niet verder voordat we over een hele steile strap
met ongeveer 100 treden te zijn gelopen. We voelen onze beenspieren tenminste
weer een keer. Vervolgens moesten we even lunchen bij een lunchtentje in deze
straat. De sfeer die hier hing was werkelijk niet te beschrijven. Een enorme
terminaal depressieve sfeer die ik nog nooit ergens anders in een horecazaak
heb mogen meemaken. Het personeel sprak niet met elkaar, lege ogen, vlakke
stemmen als ze überhaupt al iets zeiden, gasten die als zombie’s voor hun uit
keken met dezelfde lege ogen. Er zaten ongeveer 15 personen en niemand sprak.
Onwerkelijk.
Wel lekkere sandwiches, dat dan wel weer!
Na te zijn opgestaan om verder te gaan zagen we het bewuste
straatje voor ons op doemen. Errrrrruuugg steil en uitdagend om daar naar toe
te moeten lopen.
Maar: Mir en ik kunnen gewoon de Zevenheuvelendag van de
Nijmeegse Vierdaagse lachend meelopen. Tjonge wat een strijd vandaag. San
Francisco is gebouwd op 43 heuvels en ik denk dat we na een paar dagen ze
allemaal gehad hebben. Ik voel mij een klimgeit met enorme ballonkuiten. Wat
mij goed doet is dat ik als koddige dikkerd niet de enige ben die naar adem
hapt, maar dat iedereen om mij heen moet stoppen om even op adem te komen. Mir,
die toch altijd een fruitige wandelaar is, worstelt ook om boven te komen. Maar
toen we dan ook boven kwamen, werden we dan ook wel beloond!
Laat ik het maar gewoon benoemen als cultuurbarbaar, maar
het straatje wat we MOESTEN zien en vooral niet mochten missen was een straatje
met heggen! Heggen!! Het straatje staat bekend om dat ie dus heel steil is en
via een heel smal weggetje zigzaggend naar beneden moet rijden, anders kuukelt
je wagen om en is ie niet meer te houden. En om het uitzicht van het zigzaggend
straatje maar een beetje dragelijk te maken hebben ze aan beide kanten van de
weg heggen geplaatst met een prachtig strak snoeiwerk…..werkelijk mooier als de
Mona Lisa en de Nachtwacht bij elkaar. Hier heb ik dan 23 liter vocht op
verloren, rugpijn aan over gehouden en alles.
Hoogtepunt van mijn vakantie dit! Maar Mir was alweer om
haar heen aan het schieten met de camera’s, dus moest ik de teleurstelling
delen met mijzelf. Het wandelingetje daarna was gewoon de zwaartekracht het werk
laten doen. Mijn massa begon in beweging te komen en het was net een lawine dat
naar beneden kwam. Iedereen aan de kant!
Beneden aangekomen zijn we maar weer bij Pier 39 op ons
favoriete plekje gaan zitten en daar ons bezat. Mir met haar Maverick Mai Tai
cocktail en ik met flesje Heineken. Weer leuke mensen ontmoet en ’s avonds ons
laatste avondmaal genuttigd bij een heerlijke italiaan. We hebben hier het
lekkerst gegeten van de hele vakantie. Toen daarna lekker gaan manden.
Morgen koffers inpakken en om 12.00 uur locale tijd gaan we
vanuit hotel naar vliegveld.
Dat brengt mij tot de laatste woorden van dit reisverslag.
Het reisverslag was voornamelijk bedoeld voor onszelf als naslagwerk voor de
toekomst. Maar aangezien we onze belevingen via het weblog hebben kunnen delen
met iedereen die het wilde lezen, hebben we wel erg leuke reacties hierop
gekregen. Ook van mensen die we totaal niet kennen, maar die nu hun eigen reis
aan het uitstippelen zijn en ons tegen kwamen via het weglob. We willen dan ook
iedereen hartelijk danken voor hun lieve en leuke reacties. Wij vonden het erg
leuk om het verslag te maken (niet altijd zin in, maar wel consequent blijven
doen).
Ik zie nu dat ik in de afgelopen weken 36 paginas, 27.455
woorden en 126.000 tekens aan het papier heb toevertrouwd. En dat noemen ze
vakantie! Als je dan ook nog in ogenschouw neemt dat we ruim 3200 mijl a 5.126
km hebben gereden over niet de beste wegen door bergen en parken, was het best
druk allemaal.
We hebben de volgende staten bezocht: Colorado, Utah,
Nevada en California. Denk dat we in Nederland eerst maar even een paar dagen
moeten uitrusten om dinsdag weer aan het werk te gaan.
Maar allebei hebben ook wel weer zin in ons dagelijkse
leven. De mensen weer zien waar we om geven, de omgeving waarvan we houden en
ons werk natuurlijk. Over een paar maanden gaan we wel weer eens bedenken wat
we volgend jaar gaan doen als we 20 jaar getrouwd zijn.
Mensen, nogmaals bedankt voor jullie warme reacties
gedurende de afgelopen weken! We hopen jullie snel weer te zien en mochten
mensen de foto’s willen zien: altijd welkom!!
Vondu het een interessant verhaal,
Van de zelfde schrijver nog een reis (klik hierop, Canada USA 2006)